|
|
 |
Reisverhalen - Indonesië Indonesië 17 aug 2004 - 18:57
Onze geplande route in Indonesië:
Java: Jakarta - Bogor - Bandung - Yogyakarta - Surabaya - Bromo
Bali: Gilimanuk - Lovina - Oostkust Bali - Ubud
Lombok: Gili Islands
Komodo: Ujang Pandang - Rantepao - Ujung Pandang
Flores: Jayapura

3 oktober 2004, Singapore – Bogor, Indonesië.
Iets wat achter op "schema" komen we aan op het vliegveld van Singapore, inchecken, frequent flyermiles opgeven. Tegen de tijd we weer terug zijn in NL zijn we vast weer aan een vakantie toe… met alle gespaarde miles kunnen we een gratis reisje maken. Hmmm… klinkt niet slecht! Met Singapore Air willen we wel vaker vliegen, is best een feestje. We hebben er nog een aantal voor de boeg.
De reis naar Jakarta is maar 1 uur en 10 minuten (krijgen voor de korte vlucht niet eens een hoofdtelefoontje, maar wel een prima maaltijd, doen ze toch goed bij deze toko).
Aangekomen in Jakarta verloopt alles vrij soepel, behalve het pinnen. Wordt nog best een uitdaging in dit land, gezien maar weinig mensen Engels spreken en nu zijn we nog wel dicht bij de grootste stad. Echter spreken ze vloeibaar Engels om je ervan te overtuigen een taxi te nemen naar Bogor. Helaas pindakaas, we nemen lekker de lokale bus. Vanuit het vliegveld vertrekken we direct naar Bogor, na de laatste toestanden in Jakarta hebben we niet zo’n zin in deze stad.
3 oktober 2004, Singapore – Bogor, Indonesië.
Iets wat achter op "schema" komen we aan op het vliegveld van Singapore, inchecken, frequent flyermiles opgeven. Tegen de tijd we weer terug zijn in NL zijn we vast weer aan een vakantie toe… met alle gespaarde miles kunnen we een gratis reisje maken. Hmmm… klinkt niet slecht! Met Singapore Air willen we wel vaker vliegen, is best een feestje. We hebben er nog een aantal voor de boeg.
De reis naar Jakarta is maar 1 uur en 10 minuten (krijgen voor de korte vlucht niet eens een hoofdtelefoontje, maar wel een prima maaltijd, doen ze toch goed bij deze toko).
Aangekomen in Jakarta verloopt alles vrij soepel, behalve het pinnen. Wordt nog best een uitdaging in dit land, gezien maar weinig mensen Engels spreken en nu zijn we nog wel dicht bij de grootste stad. Echter spreken ze vloeibaar Engels om je ervan te overtuigen een taxi te nemen naar Bogor. Helaas pindakaas, we nemen lekker de lokale bus. Vanuit het vliegveld vertrekken we direct naar Bogor, na de laatste toestanden in Jakarta hebben we niet zo’n zin in deze stad.
GGHouse (op aanraden van Fred en Rem) net buiten Bogor, is onze bestemming. Na een uurtje bus, stappen we de bus nog niet uit of Rachman (een plaatselijke gids) spreekt ons direct in het Nederlands aan. Taxi nemen richting GGHouse is de beste optie, Rachman maakt van deze gelegenheid gebruik om ons allerlei mogelijkheden voor complete tours te verkopen. Moeten zeggen klinkt goed, ook voor (zover we kunnen inschatten) redelijke prijzen. Helaas voor hem hebben wij niet genoeg tijd in Bogor. Daarnaast hebben we afgelopen week zo ongelooflijk veel gedaan, dat het ook wel lekker is om even rustig aan te doen. We hebben 6 weken in Indonesië en dus niet zo’n zin om gelijk de eerste 4 dagen vol te proppen met alle bezienswaardigheden van West Java. Doucement!
Na (waarschijnlijk) te veel te hebben betaald voor de taxi, lieten we de drukte van Bogor voor wat het is op weg naar GGHouse gelegen tussen de sawah’s (rijstvelden). Wat geweldig deze stek, bedankt Fred en Rem voor de tip! Na de lunch lekker een verfrissende duikgenomen in het zwembad, wat in een geweldig mooie tuin ligt. Tijd om even te loungen onder de palmbladen in wat ligstoelen in de tuin. Helemaal goed dit!
’s Middags moeten we al onze bestelling opgeven voor het diner (apart, maar oké) en om 18.00 uur kunnen we aanschuiven. Net voor 6’en wordt er op onze deur geklopt… diner is ready. Nasi Goreng, Mee Goreng met heerlijke satés (ajam en kambing) met een wat pittige gado gado (voor niet meer dan 8 euro). Indonesische keuken heerst!. Morgenochtend om 8 uur moeten we gereed staan voor een tracking door de sawah’s en kampoeng. Nog wat moe van het reizen en weinige uurtjes slaap van de afgelopen 2 dagen, gaan we dus lekker bijtijds tukken.
4 oktober 2004, Bogor, Indonesië.
Half 8 ontbijt en om 8 uur gereed voor de wandeltocht, heerlijk temperatuurtje bleef het zo maar de hele dag… Met snoepjes op zak liepen we eerst door een Sudaneese kampoeng aan de Ciliwang rivier, dicht bij de guesthouse. Weten nu niet of het nu kampoeng bekijken was voor ons of rare buitenlanders bekijken voor de locals. In ieder geval sprintte de kindjes naar buiten voor de snoepjes en de mensen waren heel vriendelijk. De simpele huisjes staan heel dicht op elkaar en een aantal kindjes werden gewassen in de rivier. Via de kampoeng liepen we omhoog over modderige paadjes (uitkijken om niet uit te glijden) tussen de sawahs, waar de grond nog wordt omgeploegd met behulp van waterbuffels. Lijkt wel of je een stap terug doet in de tijd. Bovenaan gekomen hadden we een prachtig uitzicht over de sawahs. Terug door de rivier (heerlijk verfrissend) en via de loopbrug weer terug naar de guesthouse. Onze aardige gids gaf af en toe wat uitleg over de verschillende gewassen, als nootmuskaatboom, citroengras, zoete aardappel en natuurlijk niet te vergeten (witte, rode en zwarte) rijst.
Voor het eerst sinds weken wordt Nienke hier herkent als Indo, zelfs vragen ze of ze hier geboren is (heeft natuurlijk al een aardige pinda kleur gekregen de afgelopen 4 weken in Maleisië). Dus eindelijk geen Indiase, Braziliaanse of wat dan ook meer… De taxi chauffeur in Singapore dacht overigens dat Tis uit Rusland kwam, ook een leuke variant… hij had de ogen van een Chinees en de rest van z’n gezicht als een getinte blanke, wat een logica…Nou nee geen Rus, maar een blanda.
Even een drankje om bij te komen van de warmte, zwembroeken aan het zwemmen maar… lekker niks in de tuin liggen zonnen, zwemmen en lezen. Wat briljant hier, aan een mango-vormig zwembad in een tuin met de meeste prachtige bomen, planten en vlinders midden in de sawahs. Na de lunch was het absoluut veel te heet om in de zon te blijven, dus tijd voor een siësta, wat anders... Voordat we aan de siësta beginnen, is het voor Tistiaan eerst even tijd voor een kappertje. Nienke mag zich heerlijk uitleven met de schaar. Dus uhh…. nu heeft Martin er concurrentie bij, want wat bleek het was nog goed gelukt ook!!
Siësta, lezen op de veranda, wederom heerlijk gegeten onder toeziend oog van een huge pad die ook aan het dineren was ten koste van de mieren/muggen en nu een beetje chillen in de kamer. Heerlijke dag vandaag, uiterst ontspannen.
5 oktober, Gunung Mas, Indonesië
Een maand onderweg, time flies! Na een ontspannen ontbijt, morning-dip-in-the-pool en lekker bakken, is het om een uurtje of twaalf tijd om uit te checken. Onze gids van gisteren is zo vriendelijk om ons af te zetten in de bewoonde wereld. Gelukkig maar want het is weer een chaos van jawelste met allemaal toeterende mini-busjes. Wij hadden zelf waarschijnlijk lekker afgestompt de eerste gepakt, maar hij wimpelt de eerste 10 af totdat er uiteindelijk een al vol groen minibusje (oftewel Colt) mag stoppen. Deze brengt ons, met de rugzakken op schoot, een half uurtje verder de pas op richting Cisurua. Weer een bizarre rit, met constant in en uitstappende mensen (net ter land, ter zee en in de lucht met als obstakels onze rugzakken), en een chauf die van de eenbaansweg er spontaan een tweebaans van maakt. Op zeer creatieve wijze komen bij de thee plantage van Gunung Mas aan. Hier en daar lopen vrouwen met grote hoeden op, grote (rug)zakken met thee blaadjes te sjouwen, en bekijken ons al giechelend met onze backpacks (die inmiddels nog wat zwaarder zijn geworden door de trouvailles). Deze plantage ligt ongeveer 1000 meter boven zeeniveau, dus het is hier heerlijk koel en kunnen we relaxed genieten van het prachtige uitzicht vanuit onze guesthouse met de thee van het huis. Na wat navraag blijkt dat eten hier geen optie is (wel thee drinken zoveel we willen), dus wandelen we rustig naar beneden. Althans rustig…. een heel aantal busjes afwimpelend want we hadden zin om de benen te strekken. Op zoek naar een eettentje, is goed te zien dat toerisme hier aardig is doorgedrongen want overal langs de weg staan wel kraampjes variërend van alle denkbare soorten lokaal fruit tot autobanden. Inmiddels een uurtje of drie, hadden we een leuk tentje gevonden waar we lekker uitgebreid van de Indonesische keuken zijn gaan genieten. Erg jammie, de buikjes lekker rond gegeten want ’s avonds was er op de thee plantage toch geen optie om iets te eten. Als alternatief hebben we daarom voor vanavond verse mango’s gekocht en wat gebakken bananen. In het dorpje nog bij de lokale telefoon beunhaas, Nienke haar oma gebeld die vandaag haar 83e verjaardag viert.
We blijken bij terugkomst bij Gunung Mas vanavond het rijk alleen te hebben, prima! Af en toe komt er een mannetje heet water brengen voor de house-tea en er is MTV op de satelliet (om de zoveel tijd onderbroken door gebeds-TV).
6 oktober, Gunung Mas - Bandung, Indonesië.
5 uur… uit de luidsprekers van de Gunung Mas Moskee galmen de eerste gebeds-liederen. Chill out and be cool, slik die microfoon in en ga slapen…!! Gelukkig duurt het niet langer dan 15 min. (15 min. te lang!!) en kunnen we niet zo snel de oorpluggen vinden. Nog even slapen, 6.45 uur gaat de wekker. Oké nog even omdraaien… Om 7 uur springen we eruit om niet veel later aangekleed en wel, een eerste kopje thee met verse mango te nuttigen op de veranda (dame van de receptie had aangegeven dat we rond 7 uur ontbijt-roomservice konden verwachten). Ontbijt kwam om ongeveer half 8 (hadden we dus nog wat langer kunnen slapen…). Eerst kwam er een mannetje waarschijnlijk vragen of we ontbijt wilden hebben in het Indonesisch, helaas dat verstaan we niet. Hij weg… overleggen met z’n collega’s, hoorden ze iets van eggs brabbelen. Daar kwam de volgende: “breakfast?”. Wij maar vriendelijk blijven knikken. Ongeveer 10 minuten later hadden we beiden een groot bord pittige nasi goreng met ei en kroepoek, eet smakelijk!!
Rond 8 uur bij de fabriek, helaas het is onze dag niet… we konden wel een rondleiding krijgen alleen was er niemand in de fabriek aanwezig, vandaag geen thee-proces. Wel konden we de stilstaande machines bekijken, maar daar pasten we voor. Als prima alternatief lekker een rondje gelopen door de theeplantage en wat genieten van het schitterende uitzicht (ook goed voor de spijsvertering). Bij terugkomst nog 1 kopje Gunung Mas thee, tassen pakken en richting de bus. Althans eerst met een klein busje naar de grotere weg en daar wachten op een grote bus richting Bandung. We hebben toch nog een beetje geluk vandaag… hoeven nog geen 2 minuten te wachten en onze bus komt eraan.
Bus-personeel (3 man) moet wel gedacht hebben, stelletje toeristen, lopen met hun bagage naar de voorzijde van de bus, je moet achter instappen!! Hop, de tassen naar binnen, kunnen nog maar net op tijd instappen of de bus gaat alweer rijden, blijkt heel normaal te zijn hier. De Puncak Pass is echt schitterend, aan de ene zijde alleen maar theeplantages (waar wij ook hebben geslapen) aan de andere zijde eerst een soort aardappel-sawah’s, gevolgd door rijst-sawah’s en ander landbouw. Wel is het toerisme tot ver in de pas doorgedrongen, overal hotelletjes en kleine eet-stalletjes. Uiteindelijk een stuk verderop ook nog allemaal marmer-rotsen waar hele grote stenen ovens bij staan (en dat in deze hitte). Wat het wegverkeer betreft, dat is een compleet ander verhaal, wat een chaos! Het krioelt hier echt van de kleine busjes (per regio een ander kleurtje), paardjes met kleurrijke koetsjes, fietsers met wagentjes en grote touringcars. De eenbaansweg verandert continue van 1 naar 4-baans, je kan het ook creatief noemen. Gelukkig zitten we een beetje achter in de bus en zien we niet precies wat er gebeurt.
Aangekomen in Bandung komt er bij ons beiden echt een gevoel van wat doen we hier in deze massa. Of de taxi’s zijn hier relatief duur of wij zijn weer afgezet (denk het laatste). Voor die vier Euro hebben we ook helemaal geen zin om moeilijk te gaan doen. Onderweg komen we nog een giga moskee tegen, zullen we toch niet te dichtbij zitten (zouden we in ieder geval niet de wekker hoeven te zetten). Na nog een kwartiertje asfalt polonaise, komen we bij hotel Patradissa aan, terwijl we eigenlijk naar hotel Patradissa II hadden gemoeten, geeft niet deze is nog dichter bij het treinstation en quasi dezelfde prijs. Rdelijk vervallen crapy place, heel wat anders dan onze heerlijke stekkies in GGHouse en Gunung Mas.
Even tassen wegzetten en op naar het treinstation, kaartjes halen voor morgenochtend en dan door de stad slenteren. Binnen 5 minuten had Nienke al 2 ratten door de straat zien lopen en had het dus gelijk compleet gehad. Dan nog eens de verkeerschaos, hoe gaan we hier oversteken?? Stoplichten, zebra’s, etc. nog nooit van gehoord. De locals steken gewoon de vijfbaans weg over, hand omhoog, dus wij ook (gaat achteraf prima). Trein geregeld, ook het pinnen is zowaar ineens gelukt, wat willen we nog meer (geen ratten meer zien!!). Op naar Alun Alun (groot plein in het hart van de stad), wat een gekte hier, vies en vuil waar je kijkt, enorm veel smog en opengebroken wegen. Ooit werd Bandung het “Parijs van Java” genoemd, maar wij kunnen het niet ontdekken, wat een verloederde stad! Misschien zijn we de afgelopen tijd ook wel verwend geraakt met verwesterde steden als Hong Kong, Singapore en Kuala Lumpur.
Alun Alun blijkt het plein te zijn waar die grote moskee staat. Volgens de Lonely Planet zitten er aardig wat shoppingmalls en andere bezienswaardigheden omheen. Niet gezien! Hetgeen wat er zit is vervallen, smerig en meestal dicht. JL Braga door, naar zeggen dé straat van Bandung, ook niets bijzonders. Hier meer winkels dicht dan open wat op zich goed is want dan kunnen we opletten dat we het riool, dat door de hele straat is opengebroken, niet inlopen.... Navraag bij het Tourist Information Centre (?!?) bracht ook geen verheldering in deze duisternis. Wel schijnt er ergens bij ons hotelletje in de buurt het enige Internet-café van Bandung te zitten, die gaan we dan maar zoeken. Volgens de Lonely Planet was het deel ten noorden van de spoorlijn (waar ons hotel zit) in de tijd van Nederlandse bezetting het rijkere deel, en dat is het vandaag de dag nog steeds. Je merkt redelijk het verschil, nog wel even dirt maar wordt steeds minder en de straten zijn breder met bomen. Alleen geen internet te bekennen hier of in de rest van deze vierde stad van Indonesië…
Op een gegeven moment komen we al slenterend een grote, vrij nieuwe mall tegen, zoals er volgens de LP vele zitten in deze stad (tututuut, staat niet op de kaart, geen Lingo). Lekker rustig wat gedronken, winkeltjes gekeken en vanavond wordt het pizza&pasta. Best eens lekker voor de afwisseling i.p.v. ’s morgens, ’s middags en ’s avonds nasi of mie.
Rustig terug naar het hotel gelopen, gelukkig geen ratten meer tegengekomen, wat verhaaltjes schrijven, lezen en slapen. Morgenochtend gaan we om 07.00 uur de eerste trein hiervandaan pakken richting Yogya en daar ontmoeten we Fred en Claudia, gezelligheid! Maar uh 1 ding… ben je nog nooit in Bandung geweest, je hebt niks gemist!! Mocht je reisplannen hebben richting Indonesië, neem het dan niet op in je reisschema of hooguit als doorreis stad (wat wij nu doen). Hopelijk is Yogyakarta een betere bestemming?!
7 oktober, Bandung - Yogyakarta, Indonesië.
Dacht je lekker tot 6 uur uit te kunnen slapen, gaat de telefoon van de buurman om 3 uur ’s nachts. Om vervolgens om 5 uur weer af te gaan en rond deze tijd stond de hele straat al naast z’n bed (en onder ons raam). Zachtjes doen en rekening houden met de Honeymooners komt bij deze mensen niet in het woordenboek voor. Nienke kreeg dus na 5 uur door het kindergekrijs, gebedsgejengel en ronkende motoren geen oog meer dicht, Tis daarentegen had een wat effectievere oplossing…oorpluggen in en slapen maar.
Weg hier… was het enige waar we aan konden denken. Beneden nog even geklaagd over de airco, die het na 3 uur niet meer deed, bloedheet de hele nacht. Helaas geen refund…
Dan maar gelijk naar het station, daar nog even een lekkere capo en een croissant, even geen nasi goreng ’s morgens. Om 5 voor 7 in de trein geïnstalleerd, de executive trein lekker ruim en gaat direct van Bandung naar Yogya. De trein heeft ook een eigen servicedienst, je krijgt kussentjes, een kopje thee en tussen de middag een maaltijd, helemaal goed. Het uitzicht over het platteland tussen Bandung en Yogya is echt ongelooflijk mooi, daar kan je echt naar blijven kijken. Alleen zou het wel prettig zijn als de reis zonder problemen verloopt en niet dat je na 2 uur rijden stilstaat met een kapotte motor. Uit de voorste wagon kwam ongelooflijk veel rook en werd heel veel water gesproeid, dat kan nooit een goed teken zijn.
De giga trein ging heel langzaam terug de berg af naar het laatste stationnetje. Al snel lieten ze weten dat de motor inderdaad kapot was en er een nieuwe uit Bandung aan komt, over ongeveer 3 uur is ie op plaats van bestemming. Wat een feest! Wel voldoende gelegenheid gehad om de mooie omgeving, echt van dichtbij te bekijken.
Achter ons zat een aardig stel, waarvan de dame een beetje Nederlands sprak. Zij heeft familie in Zoetermeer en Lochem. Gaf ons aan het eind van de treinreis haar kaartje (haar man bleek advocaat te zijn), mochten we in de problemen komen konden we haar altijd bellen. Voor ons zat ook een vriendelijk stel met een klein meisje, die de twee blanda’s wel interessante wezens vond. Afleiding zat dus want ook nog flink zitten sms’en met Fred en Clau over onze ETA.
Nadat de trein van 8 uur ons al snel kwam inhalen, hadden we die nu toch maar genomen, moesten we nog wachten, wachten en nog eens wachten. Uiteindelijk kwamen we inderdaad na 3 uur weer inbeweging om vervolgens na 5’en aan te komen i.p.v. 2 uur. Snel naar het hotel, naar Fred en Clau en een verfrissende douche. Ook de Bernoski’s hadden dezelfde gedachten en stonden heerlijk te douchen toen wij op de deur klopten. Dan ook gelijk maar even verfrissen en daarna gezellig een drankje doen.
Drankje gedaan, bijgeklets en wat plannen voor de komende dagen bedacht gingen we opzoek naar een touroperator (de touroperator van het hotel was te duur). Heerlijk gegeten in een leuk restaurantje ‘Redhot Res’ (pittigheid bleek redelijk mee te vallen). Een taxi voor de volgende dag geboekt, nog wat winkeltjes bekeken in Malioboro street (met name batik shops) en even ge-internet. Om 12 uur was het toch echt tijd om te gaan slapen, gezien ze de volgende dag al om 5 uur ’s morgens opgehaald werden om richting Borobudur te vertrekken.
8 oktober, Yogyakarta, Indonesië.
Ah lekker vroeg, 5 uur, tijd om de zonsopkomst bij de Borobudur te aanschouwen. Nou ja als we dan toch wakker zijn en de taxi staat klaar… Het lijkt wel alsof we aan dat vroege opstaan gaan wennen! De rit ging vrij snel, gezien het weinige verkeer op de weg (overigens werden de groente en fruit marktjes op dit tijdstip al druk bezocht door de locals). Heerlijk rustig is het nog bij de Borobudur, natuurlijk waren we jammergenoeg niet de enige met dit plan. Met een gids gingen we op pad richting de tempel. Geweldig mooi zo in de vroege ochtendzon. Ook de omgeving eromheen zag er schilderachtig uit. Zo ver je kan kijken zie je alleen maar groen en bergen aan alle zijden van de Borobudur. Goed plan om een gids te nemen want een goede uitleg in het Nederlands is wel handig al je dit soort moois bezoekt, anders hadden we meer dan de helft van de details gemist. Na een aardige klim omhoog en wat rondjes in het complex te hebben gelopen konden we de eerste horden mensen al aan zien komen, toch wel goed dat we zo vroeg zijn opgestaan. Tegen de tijd dat wij bij de herdenkingssteen van Unesco stonden om een mooie foto van de tempel te maken was de rust compleet weg, alleen maar schreeuwende scholieren. Blij dat wij nu rustig gaan ontbijten met pancakes en vers Mango sap.
Na het ontbijt terug in de auto, even een korte stop bij de Mendut temple (Hindoe tempel dicht bij de Borobudur), om vervolgens de trip door te zetten naar een natuurpark met prachtig uitzicht over Mt Merapi, een nogal listige quasi actieve vulkaan in de buurt van Yogya. Het eerste uitkijkpunt in het park was mooi, maar helaas niet spectaculair gezien je geen vulkaan kon zien door de bewolking. Niet getreurd we hebben nog een schitterende wandeling voor de boeg met als hoogtepunt een waterval…
Na weer een aantal keer entree en parkeergeld te hebben betaald komen we aan op het punt waar je zogenaamd een geweldig mooie wandeling kan maken. De enorme hoeveelheid eettentjes geeft al aan dat het een grote toeristische trekpleister is (met name voor locals). De wandeling was ok, mooie natuur alleen leek het wel 1 grote vuilnisbelt. Natuurlijk zijn we ook verwend met de jungle in Sabah, maar dit was wel erg ranzig en zonde. De waterval was er niet, vanwege einde droogseizoen, en het wandelpad was bezaaid met papiertjes, lege flesjes en andere vuiligheid. Na wat geklaag bij onze ‘gids’, we betalen entree geld maar het park wordt niet onderhouden, zonde van de mooie natuur, kwamen we snel tot de conclusie dat we maar snel weg moesten. Volgens de gids was het de taak van de overheid om dit schoon te maken, ja ja. Van het kastje naar de muur politiek, maar die discussie zijn we maar niet aangegaan met de beste man.
Op naar Kota Gede, de oude stad van Yogya, en tevens de plek waar zilver wordt gemaakt. Hier kan je het productieproces bekijken en natuurlijk van alles zilver aanschaffen. Met het idee dat je iedereen je constant in de maling probeert te nemen om er zelf wat aan over te houden, raakten we een beetje norsig en zijn we eerst maar even wat gaan eten. Met gebrek aan eettentjes kwamen we in een heel klein zaakje waar je alleen noodles (uit een pakje) kon bestellen. Zag er niet zo smakelijk uit maar bleek heerlijk te zijn. Even bijkomen en wandelen maar, op naar de kleinere zilverzaakjes die we zelf leuk vonden.
Rond een uur of 4 waren we weer terug in ons hotel, even een verfrissende duik in het zwembad, een kleine siësta en rond 19.00 uur hadden we afgesproken om te gaan eten bij een Indonesische toko op een dakterras, erg ok.
9 oktober, Yogyakarta, Indonesië.
Eindelijk weer eens uitslapen, nou ja… 15 oktober a.s. begint de Ramadan, aangezien 95% van de inwoners van Java moslim is gaan ze voor die tijd nog even met vakantie. Dus zitten alle hotels in Yogya in het laagseizoen voor de toeristen toch vol. En staan deze mensen zeer vroeg op, zoals al eerder gemerkt houden ze compleet geen rekening met anderen die misschien iets langer willen slapen. Dus 7 uur, hoogste tijd om wakker te worden. Af en toe nog even dutten, boekjes lezen, douchen en rond half 9 aan het ontbijt.
Vandaag staat het volgende op het schema, bezoek aan het Kraton (paleis van de sultan), Prambanan tempels en Ramanaya ballet. Lopend gaan we richting het Kraton langs alle kleine winkeltjes, foto’tje maken van Fred en Clau die gebracht worden door een riskja (ziet er grappig uit). Het Kraton is eigenlijk een kleine stad binnen de stad Yogya. Hier woont de sultan en de verder gehele koninklijke familie, totaal 2500 mensen. De huidige Sultan heeft maar 1 vrouw en 5 dochters, aangezien alleen een man opvolger kan zijn zal de broer van de Sultan opvolger zijn en diens zoons. De sultan van Yogya is ook de enige die nog politieke invloed heeft in Indonesië. De rondleiding is maar in een klein deel van het complex, de rest is niet toegankelijk voor publiek.
Na een interessante rondleiding door wederom een prima gids, stappen we met z’n vieren in een soort paard en wagen (arm klein paardje) en worden we naar een de government batik school gebracht, ver van de batik maffia uit Malioboro street (Malioboro blijkt niet zoals de Lonely Planet aangeeft, vernoemd naar de man Marlborough, maar Malio betekent bloemen en boro plaats). In de batik school hebben we een uitgebreide uitleg gekregen hoe batik gemaakt wordt. Wat het verschil is tussen handbeschilderde batik, batikstempel met de hand en machinale batik. Heel interessant en eigenlijk besef je niet hoeveel werk er gaat zitten in zo’n kleurrijk stukje doek.
Rond 12.300 uur een saté’tje gegeten in een klein zaakje bij het hotel om de hoek, erg lekker van de krakkemikkige bbq. Om 14.00 uur in de startblokken om richting Prambanan te gaan. Pelan Pelan (rustig aan), we hebben alle tijd (niet alleen) vandaag. Het begon al goed bij de ingang, locals betalen Rp 7500 entree, is ongeveer 0,80 euro, toeristen daarentegen moeten 10 dollar entree betalen. Met uitzondering van studenten die hoeven maar 6 dollar te betalen. Voor ons stond een hele Hollandse groep die allen als student met pasjes van verzekeringsmaatschappijen, airmails en andere onzin binnenkwamen voor een gereduceerd bedrag. Moesten wij natuurlijk ook voor elkaar krijgen, voor die 4 dollar hadden we ’s avonds een uitgebreid diner. Dus studeerde wij spontaan watermanagement, en zijn we alle 4 met onze padi-passen binnengekomen. Vriendelijk blijven glimlachen was mede onderdeel van deze scam. De Prambanan (hindoe tempels) is echt schitterend, maar zeker weten een beter optie om ’s morgens vroeg te bezoeken. Niet als er busladingen voor Indonesische scholieren zijn afgedropt, die allemaal met je op de foto willen. Even leuk, maar niet te vaak, want soms het gevoel dat wij de toeristische attractie waren, ipv er van te genieten.
Vanaf het Prambanan complex had je ook een mooi uitzicht op het Ramanaya theater, en daarnaast ook op een openlucht rave-party die vanavond plaatsvindt. Heel interessant, het ballet duurt tot half 10 en de rave-party begint om 9 uur, hmmm hoe gaan ze dit oplossen.
Het geluid werd tijdens ons bezoek aan de Prambanan uitgebreid getest, een heel vreemde gewaarwording. Loop je tussen veel te veel scholieren tussen prachtig oude tempels met een stampende bas van house muziek op de achtergrond. Nou ja achtergrond! Tis waande zich weer op Dance Valley.
Om de menigte op een gegeven moment maar te ontwijken zijn we naar het restaurant naar het theater gelopen. Daar rustig wat gedronken en konden ongeveer een half uur later eten halen van het buffet, jammy… Daar wat grijze toeristen die wat onwennig de house dreunen aanhoorde die het rustieke Gemalan gepingel op de achtergrond compleet overstemde. Erg humor om te koppen te zien!
Ongeveer kwart over 7 was het tijd om naar het ballet te gaan. Kaartjes af laten scheuren aan het hek, komt een mannetje naar ons toe om uit te leggen waar we naartoe moesten. Hij begon over vouchers… welke vouchers… Clau dacht dat we afgezet werden en weer moesten betalen, wimpelde de beste man af en liep snel door naar de zitplaatsen. Daar bleek dat we iets te drinken kregen en hadden daar vouchers voor nodig. Clau weer terug naar het mannetje uitgelegd dat ze hem verkeerd had begrepen en met wat te drinken weer terug naar de zitplaatsen. Vervelend dat je zo argwanend wordt terwijl ook een hoop mensen goede bedoelingen hebben.
Het ballet was erg mooi om eens mee te maken, met de verlichte tempels van de Prambanan op de achtergrond. Je moet er alleen niet aan denken dat dit schouwspel (de verkorte versie hebben wij gezien) normaal 4 dagen duurt. Waarschijnlijk zijn er op het laatste moment nog wat afspraken tussen het ballet en de house-party gemaakt, want toen we naar de auto liepen rond half 10 was het feest nog niet losgebarsten.
Helaas voor Tis was het voor ons niet mogelijk om het feestje te bezoeken. Onze chauffeur stond te wachten en we moeten morgen om 6 uur klaar staan voor Mt. Bromo en vervoer was hier ’s nachts niet te cheffen…..
10 oktober, Yogyakarta – Cemoro Lawang/Gunung Bromo, Indonesië.
Zes uur we staan klaar met alle spullen, uitgecheckt en wel… helaas geen busje. Kwart over 6, half 7 nog steeds niets. Tis was al gaan informeren en kreeg een of ander bud-verhaal dat de auto nog gewassen moest worden bla bla. Uiteindelijk zijn we met z’n allen met complete bagage naar de touroperator gelopen om wat druk erachter te zetten, want het schoot niet op zo. Wat bleek het mannetje dat zich als touroperator had voorgedaan, had ons al 50% laten betalen alleen niet het gehele bedrag aan de echte touroperator gegeven. Vandaar deze ons niet weg wilde brengen. Handig!
Uit eindelijk zijn we om kwart over 7 vertrokken met nog een Frans/Duits stel. Een andere chauffeur is uit z’n mandje getrokken om ons weg te brengen. We willen geen verhalen meer horen over opstoppingen in Malioboro street, want er wordt aan ochtend gymnastiek gedaan en andere onzin. We willen weg en rap wat…
De reis duurt LANG en de stoelen zijn WAARDELOOS. Gelukkig een heel klein beetje airco. De reis zou ongeveer 8 – 9 uur moeten duren maar wij doen er natuurlijk meer dan 10 uur over om naar Gunung Bromo te komen. De bedoeling van het vroege vertrekken was, dat we nog de mogelijkheid hadden om de Bromo met zonsondergang konden bekijken of zelfs beklimmen. Helaas, toen we uit eindelijk boven kwamen was de zon allang onder.
Eerst moesten we in Probolinggo overstappen in een ander bussen, kregen we vouchers voor het hotel en weer een heel zeik verhaal. Onze beste touroperator had gezegd dat we de bus de volgende dag om 11.00 uur naar Lovina konden nemen. Nu blijkt er helemaal geen bus naar Lovina te gaan om 11 uur alleen om 19.00 uur ’s avonds. Dus worden we morgen afgezet bij de Ferry en kunnen we het daarna zelf regelen, ook goed, let’s go.
Nu eerst ruim een uur stijl omhoog richting Yoshi’s homestay. Bleek een top plek te zijn, overigens was de temperatuur erg gedaald en hadden we allemaal een beetje een wintersport gevoel. Nou ja, zoiets dan… leuke kamertjes, restaurant wat beetje aandeed als een Zwitsers chalet, vroeg slapen morgen heel vroeg op.
11 oktober, Cemoro Lawang/Gunung Bromo, Indonesië.
Om kwart over 3 ‘s nachts wordt er op onze deur geklopt om wakker te worden. Vervolgens om half 4 nog eens. Opstaan… We zijn in ons leven nog nooit zo vaak, zo vroeg opgestaan, maar deze ochtend is toch wel het summum.
Om 4 uur zitten we in een oude Toyota Jeep (met meer dan 780.000 km op de teller, loopt nog als een zonnetje) op weg naar viewpoint op 2770 meter. Hobbel de hobbel een hele stoet van oude Toyota Jeeps reden richting de zand zee, om kwart voor 5 stonden we boven bij viewpoint te wachten op zonsopgang. Met een oranje-rood gloed werd het steeds lichter, echt een prachtig uitzicht over de Gunung Bromo en andere (actieve) vulkanen. Het was weer eens meer dan de moeite waard om zo vroeg je mandje uit te komen. Wat is dit prachtig, bijna onecht zo mooi. Net alsof Bob Ross is losgegaan tijdens een van zijn late-night schilder sessies (“and here we brush anather vulcano…”). Rond 6 uur liepen we redelijk verkleumd terug naar de Jeep, om ons af te laten zetten aan de voet van Mt. Bromo. Op zich ook weer cool (let & fig) om het weer eens koud te hebben na ruim een maand!!! Deze krater is onlangs nog actief geweest (28 juli jl.). Eerst een stuk omhoog door het lavazand (kraakt overigens lekker tussen je tanden) en toen nog een trap van 253 treden omhoog. Pelan Pelan, want het is aardig hoog. De krater van de Gunung Bromo ligt op 2370 m, een redelijke klim dus. Ook hier weer een prachtig uitzicht over dit “Lord of the Rings” aandoend landschap, met zandstormen over de onderliggende lavavlakte die de mannetjes met paardjes (voor de toeristen die niet willen lopen naar boven) beneden zandstralen. Ook de krater is indrukwekkend van zo dichtbij, met name toen de wind even omsloeg en we konden genieten van de zwaveldampen, wat een stank!
Rond 7 uur reden we in onze Jeep weer terug richting Yoshi’s hostel. Ontbijten en douchen. Fred en Claudia gingen rond 9 uur met het busje naar beneden om de bus te pakken richting Lovina, terwijl de ten Hagen’s nog maar een nachtje hier blijven. Lekker even wat slapen na een warme douche. ’s Middags een late lunch, om vervolgens te voet weer omhoog te gaan richting een uitkijkpunt voor zonsondergang. Tis dacht nog even na toen we na een kwartier een rit aangeboden kregen door een taxi maar Nienke (bikkel) was ervan overtuigd dat we het wel even konden lopen. Nou ja even… 1,5 uur later stijl omhoog te zijn gelopen kwamen we net op tijd voor zonsondergang aan op een schitterende plek bij Cemara Indah hotel & restaurant.
Ruim een half uur genoten van het prachtige uitzicht, de kou en een hoop gezellige locals. Net voor het helemaal donker was weer aan de afdaling begonnen. Je wilt namelijk niet het hele stuk in het donker lopen. Een uur later waren we bijna terug bij Yoshi’s, konden we in het pikdonker nog even genieten van een fantastisch mooie avond. De sterrenhemel van het zuidelijk halfrond was erg indrukwekkend op deze hoogte. De “icing on the cake” van deze topdag!
12 oktober, Cemoro Lawang/Gunung Bromo – Bali, Indonesië.
Vandaag even iets langer uitslapen dan 3.30 uur… heerlijk ontbijtje, warme douche en spullen pakken. Voor diegenen die hier ooit nog in de buurt komen: de Gunung Bromo is echt een aanrader… het is alleen al lekker om een paar dagen in een koeler klimaat te zitten. Hele vriendelijke mensen, die een beetje een Tibetaans uiterlijk hebben of was het misschien te veel inteelt?!
Net voor het douchen kregen we te horen dat de heren van de touroperator ons niet komen halen (en bedankt), maar het hotelpersoneel zal een public bus voor ons aanhouden. Iets vroeger dan gepland om half 9 staat het busje al klaar. Vriendelijke mensen in de bus, hobbel de hobbel naar beneden. Het begin stuk van de busrit gaat behoorlijk snel al zitten we nu echt met de knieën in de nek. Halverwege komen we bij een dorpje, inmiddels 9 uur, vanaf dat moment trapt de chauffeur op z’n rem en rijden we met een snelheid van minder dan 10 km per uur de berg verder af. Ook nog inclusief een korte tussenstop bij de radiator cooler. Alsof er geen einde aan komt. Eindelijk het laatste stuk weet ie z’n gaspedaal weer te vinden, helaas nu iets te enthousiast. We worden netjes afgezet bij de touroperator waar we nog ruim een uur moeten wachten op de grote bus die voorbijkomt. Deze bus zal ons afzetten bij de ferry in Ketapang.
Nienke houdt nog even een plasstop, in een te smerig (klinkt als) toilet, maar ja als je moet dan moet je, toch!! Nog geen minuut later komt er toevallig al een eerdere bus langs, waar we bij mee kunnen. Heerlijk rustig in de bus, de gehele achterbank tot onze beschikking. Een beetje lezen, slapen, naar buiten kijken en 5 uur later worden we afgezet in Ketapang. Niet bij de ferry zoals vooraf is gezegd (geloof nooit een touroperator), maar 2 km ervoor. En bedankt, staan we dan. Wel even tijd om iets te drinken te kopen, daar hadden namelijk geen tijd meer voor in Probolinggo moesten zo snel de bus in. Alleen een liter water voor met z’n tweeën in 6 uur tijd is toch iets wat aan de weinige kant.
Met een flinke fles water nemen we een mini bus naar de ferry. Daar aangekomen vraagt iedereen waar we naartoe moeten, of we vervoer nodig hebben, zonnebrillen willen kopen. Nee… we willen alleen naar Bali, geen taxi geen bus alleen de ferry naar Bali.
Bijna 1,5 uur later staan we aan de overkant, in Gilimanuk, en moeten we de klokken een uurtje vooruit zetten. Nu nog een busje naar Lovina en wij zijn helemaal blij. Helaas troffen we het niet met de beste chauffeur. Het normale toeristen tarief van 10.000 Rp per persoon werd verdubbeld en voor minder konden we niet mee (10.000 Rp is 1.03 euro, het dubbele is natuurlijk nog niet veel voor een busrit van ruim 1,5 uur). 20.000 Rp per persoon it is… maar dan moeten we ook nog eens wachten tot er nog 13 andere personen zijn om het busje te vullen. Ruim een uur later komen er een aantal mensen aan, 2 Nederlandse dames Lies en Anita en een lichtgebakerd Engels stel. Na wat gesteggel en nog een half uur verder vertrokken we eindelijk richting Lovina, met welgeteld 16 man in het busje inclusief de buschauffeur. Alle koffers en tassen op het dak gebonden, helemaal goed.
Net voor Lovina zien we onze bestemming, Aditya beach resort, ziet er geweldig uit zelfs in het donker. Super tip van Caroline, die hier een aantal weken eerder was geweest. Zowel wij als Lies en Anita en het Engelse stel stappen uit, tegen de zin van de chauffeur (was toch al niet zo best gehumeurd). Hij wilde ons namelijk central Lovina afzetten bij een specifiek hotel, wellicht krijgt hij daar commisie. Helaas voor hem hebben we al gereserveerd bij Aditya. Nog wat onderhandelen en wij zitten hier voor een prima prijs inclusief ontbijt en belasting. Als het ons bevalt blijven we hier lekker nog een paar daagjes.
Wat gegeten (best lekker na een dagje water en noodle soep) en een heerlijk verfrissende duik genomen in een geweldig zwembad. Ruime kamer, met overal mooie bloemetjes (op bed in de badkamer), schone badkamer, wat willen we nog meer. Niet te vergeten een sms’je en mailtje naar Rutger… jarig vandaag en wel helemaal 30 jr geworden. Gefeliciteerd Smoothie!! Dikke kus van de honeymooners.
13 oktober, Lovina Bali, Indonesië.
Heerlijk ontbijtje, bikini en zwembroek aan, handdoekje mee en lekker naar het zwembad. Beetje lezen, zwemmen, zonnen, verse fruitdrankjes drinken. Komt helemaal goed vandaag. Rond het middag uur even uit de zon en schaduw, stadje ingelopen (straatje kan je beter zeggen) om te verkennen, te internetten en te lunchen. Rustig terug naar het resort. Nog even zwemmen met de fam. Bernoski en om 18.00 uur richting de kookcursus die geroemd werd in de Lonely Planet en bijna tegenover Aditya bleek te zitten.
Dit is echt geweldig. Een kookcursus met Balinese specialiteiten bij mensen thuis. Eerst kregen we een hele uitleg over verschillende soorten kruiden, groeien allen in de tuin. Heel leuk om dit eens te zien. Daarna een uitleg over de Balinese gerechten die we die avond klaar gaan maken, onder het genot van een kruiden drankje (door de een iets meer gewaardeerd dan de ander). Op het menu staat;
- Betutu, kip gemarineerd met vers gemalen kruiden ingepakt in bananenblad. Eerst gestoomd en daarna gegrild.
- Sate Lilit, gekruiden/fijngestampte tonijn op een breed saté stokje.
- Urab, kort gekookte groente met een kokossaus en gebakken shalotjes.
Dessert;
- Rempah Kelapa, hartige kokoskoekjes
- Kolak Pisang, bananenpudding met gezouten kokos
Deze sessie was ongelooflijk leuk, heel leerzaam en erg lekker (Loni kan er een puntje aan zuigen…). Dit werd nog eens versterkt door de hartelijke gastvrijheid van het Balinese gezin, helemaal af dus. Alle recepten hebben we meegekregen… dus thuis kunnen we het nog eens proberen te maken. Met volle maagjes duiken we lekker onze mandjes in. Morgen vroeg aan het zwembad… zagen bij terugkomst dat er een volle bus van Neckermann reizen aan was gekomen met lallende boeren, net nadat we hadden aangegeven nog 2 nachten langer te willen blijven, hmm.
Het jarig jetje van vandaag is Rigo… gefeliciteerd Rieg, alweer een kwartje!
Dikke kus van de Honeymooners.
14 oktober, Lovina Bali, Indonesië.
Vandaag starten we met een morning-swim. Heerlijk koel water, hele zwembad tot onze beschikking. Rustig wakker worden en daarna afzakken naar het ontbijt. Natuurlijk al 4 plekjes veroverd aan het zwembad (heerlijke ligbedden), Fred en Clau waren nog aan het loungen en kwamen wat later bij ons liggen. Maar goed ook, want niet veel later komt de Hollandse enclave aan. Lekker luidruchtig allemaal, ’s middags biertjes drinken in het zwembad en roken (ach wat maakt het uit dat m’n as in het zwembad komt, is toch niemand anders die hier wil zwemmen) en ja we moeten nog bommetjes maken over de andere gasten heen. Van schrik en schaamte ga je maar Engels praten!
Eind van de middag had een deel van de groep (totaal 16 personen) een oefen duikcursus in het zwembad. Dit is goed nieuws, betekent dat het morgen weer lekker rustig is, geen peuken in het zwembad en geen plonzende olifanten. We hadden geen zin in discussies waar we slechts woorden met maximaal twee lettergrepen konden gebruiken en zijn lekker naar de kamer gegaan. De brainwave om de flessen te saboteren, hebben we maar even gelaten voor wat het is…
Bij de Spice Dive hebben we aan het eind van de middag, onder genot van een prachtig zonsondergang, gezellig wat gedronken op Claudia d’r gezondheid. Ja ja ook vandaag een jarige, dit keer konden we het wel meevieren. Winkeltjes kijken en een leuk restaurantje vinden, we eten vanavond bij de plaatselijke Thai. Wat een heerlijkheid, menig restaurant in Thailand heeft niet zulk goed eten als hier. Met natuurlijk een heerlijk dessert, op de menukaart staan 4 verschillende soorten cake. Deze nemen we natuurlijk allemaal, Clau is tenslotte maar 1 keer jarig, in het midden van de tafel en overal stukjes vanaf eten. Wat een bourgondisch feest, een super gezellige avond.
15 oktober, Lovina Bali, Indonesië.
Vandaag hebben we om 9.00 uur afscheid genomen van Fred en Claudia. Zij vertrekken richting een golf resort voor 2 nachtjes om op een van de mooiste banen ter wereld te spelen en vervolgens gaan zij door naar Ubud. Het was erg top om een aantal dagen met elkaar te reizen en te genieten van al het moois dat we op Java en tot nu toe op Bali hebben meegemaakt. Daarnaast ook ontzettend leuk om even wat bekende gezichten uit het kikkerlandje te zien.
Clau en Fred, thanx for the wonderful time!! xx
Wij nemen wederom na het ontbijt plaats op de ligbedden naast het zwembad. Zetten onze enorme beslommeringen van gisteren gewoon voort, zwemmen, zonnen, lezen. Heerlijk dus. Erg gezellig met een ouder Canadees stel zitten wauwelen, die hier jaarlijks een maand of twee verblijven en dit stukje van Lovina een beetje geadopteerd hebben. Ze worden door alle locals ook “papa Neil & mama Caren” genoemd. Het is lekker om zo af en toe even op 1 plek te zitten waar je al je spullen uit je tas kan gooien en niet gelijk dezelfde dag weer in moet pakken en weg moet gaan. Oftewel we blijven nog even.
Rond een uurtje of 5 terug naar de kamer, douchen, aankleden en richting het centrumpje, waar we heerlijk vis hebben gegeten en fruit met yoghurt toe. Nu is het alweer tijd geworden om lekker te oogjes aan de binnenkant te gaan bekijken. Tijd vliegt als je lol hebt!
16 oktober, Lovina Bali, Indonesië.
De ‘Neckermann’groep vertrekt vanochtend vroeg, mooi zo! Dan blijven wij nog 1 nachtje langer. Net na we dit hebben doorgeven aan de receptie komen we erachter dat de volgende groep Nederlanders al is gearriveerd. Dezelfde groep waar we mee in de rij stonden in Prambanan, Yogya. Aardige mensen, veel beter dan de vorige groep (alhoewel ze wel een aardige woordenwisseling hebben met onze Canadese vrienden). Wij hebben weer een heerlijk plekje aan het zwembad, het is redelijk rustig vandaag dus wat willen we nog meer.
Tegen de tijd dat we bespreken waar we willen gaan lunchen vanmiddag (we hebben niet zo ongelooflijk trek en de porties hier zijn behoorlijk aan de maat), krijgen we van mama Caren een heerlijke lunch. Vers fruit, gezoute crackers, kaas (heerlijk), chocolade, pringles en snoepjes, wat een traktatie vooral van de stukjes kaas genieten we optimaal.
Gisteren een beetje yoghurt en vandaag kaas, dit zijn echt etenswaren die je na een lange tijd gaat missen. In Australië wordt het waarschijnlijk elke dag een yoghurt ontbijt, vooral Nienke verheugt zich daar nu al op.
Nog wat uurtjes loungen bij het zwembad, wij komen onze tijd wel door. Weer een boek uit… we hebben wat nieuwe boeken van Fred en Clau gekregen, de oude ruilen we wel bij een bookswap. ’s Middags hadden we ook nog even een andere activiteit, van kamers wisselen (was een waterprobleem bij onze kamer, niets van gemerkt!). Helaas geen upgrade gekregen voor die enige nacht, dus in even geruild met een identieke kamer.
Rond 5 uur was het tijd om even lekker te badderen (al het zwembad water afspoelen) en op te tutten. We waren om 6 uur namelijk genodigd op de borrel bij Caren en Neil, gezellig op de veranda onder het genot van een rood wijntje. Ons laatste wijntje was op 10 sept. deze smaakte dus erg goed. We eten vanavond met z’n viertjes in het centrum(je) van Lovina, in hetzelfde restaurant waar we gisteren hebben gegeten. Net voor het eten nog even de was opgehaald. Op aanraden van Neil en Caren laat Tis zich verleiden door een garlic pasta met warme tomaat en mushroons, daarentegen houdt Nienke het bij Indisch… satay! Terug in het resort drinken we nog een bakkie koffie en koek/chocola in de Canadese bungalow. Wat een traktatie vandaag en duiken we daarna lekker ons mandje in. Wat een lieve mensen!
17 oktober, Lovina - Tulamben Bali, Indonesië.
De laatste ochtend in ons appartementje. Ontbijtje… Anita en Lies gaan ook vandaag weg richting Ubud (veel plezier en horen graag jullie tips!). Voor ons is 12.00 uur check-out time ook gelijk tijd om te vertrekken richting Tulamben.
Eerst nog even samen met Caren en Neil op de foto. Tis gaat nog even de laatste foto’s en verhalen op de website zetten en zo kan Nienke nog even een foto-reportage maken van het resort. Daarna pakken en wegwezen (niet voordat we nog wat lekkers meekrijgen van Neil en Caren, echt te lief, helaas hebben we niets bij ons om terug te geven voelen ons een beetje schuldig).
Om 12.00 uur staat Eddy klaar om te vertrekken, gisteren een goede deal gemaakt voor transport dankzij Caren. Als Eddy begint over de prijs als hij ons afzet moeten we tegen hem zeggen dat op z’n zode..flikker krijgt van Caren. Prima!
Eddy is een grappig en vrolijk mannetje, z’n chauffeur iets serieuzer (gelukkig). Druk kletsend rijden we richting Tulamben, ongeveer een ritje van 2 uur. Daar aangekomen laten we ons afzetten bij het Matahari Tulamben Resort. Ze hebben nog 1 kamer voor ons beschikbaar, de family room met airco slaapkamer. Wat een giga-plek, echt de grootste waar we tot nu toe zijn gebleven (met een slaapkamer boven). Maar ja, eerst eens onderhandelen over de prijs, deze is nu namelijk te hoog voor wat we zelf in gedachten hebben na vijf avonden relatieve luxe in Lovina. En yep, voor een goed prijsje kunnen we hier 2 nachten blijven. Heerlijk! Aangezien we in Indonesië nog niet de onderwaterwereld hebben ontdekt, ligt Tis binnen een half uur met snorkel in zee, na eerst een rotsen parcours te hebben afgelegd. Het strand bestaat namelijk uit lava stenen, afkomstig van de nabijgelegen (slapende) vulkaan. Snorkelen belooft al een hoop moois voor morgen!
18 oktober, Tulamben, Bali, Indonesië.
De grootste attractie in Tulamben is het US Liberty Wreck, een Amerikaans vrachtschip dat vlak voor de kust ligt. Je kan er rustig naartoe snorkelen. Verder dan een mooi uitzicht heb je niet in Tulamben, wij hebben eigenlijk niet eens verder de moeite genomen om verder te kijken in de straat (met nog 6 resorts en duikshops) of er nog iets te vinden is. Lekker zitten lezen, zwemmen en Tis is nog gaan duiken. Nienke laat het duiken nog even voor wat het is i.v.m. de recente oorproblemen in Bromo en Sipadan. Laat het nog maar even rusten, kunnen we in Pading Bai misschien we duiken op Manta-point (op aanraden van onze personal dive advisor Rigo).
De divemaster was al een verhaal apart. Hij heet Tuna en is lekker ADHD-type. Hij kent dit reef als zijn achterzak en na een half uur duikverhalen, besluit Tis om met Tuna een duik bij het wrak te maken en de ander op het nabijgelegen rif, Alamanda, aangezien de kans op Pygmee Seahorses daar redelijk is. Aangezien Tis nog nooit zeepaardjes gezien heeft, wil hij die kans niet laten liggen….
Na eerst wat geworsteld te hebben om zich in de Indonesische maten wetsuit en fins te wringen, stappen we op zo’n coole Balinese vissersboot en binnen tien minuten zijn op de plaats van bestemming. Heel relaxed geen andere boten, rif voor onszelf. Nog geen 10 seconden beneden wordt Tis al begroet door een grote octopus en even later gebaard Tuna naar een Seafan, waar minuscule zeepaardjes in zaten. Super gezicht hoe ze hun staart om het koraal hebben heen gewikkeld en daar een beetje aan het chillen zijn. Verder was het rif in goede staat met een hoop kleurrijke vissen en als afsluiter nog een harlequin ghost pipefish die Tuna ergens vandaan toverde….
Ook de tweede duik was top, erg mooi wrak vlak voor de kust wat een haven was voor alles wat vis is in Tulamben. Van spiralende jackfish, leaf scorpion fish tot erg mooie nudibranches met indrukwekkende swimthrough’s waren de highlites, althans …. Als toetje vond Tuna wederom harlequin ghost pipe fish en kwamen nog wat black tip reef sharks langs zoefen!
Nienke was lekker aan de rand van het zwembad verzonken geraakt in haar boek. ’s Avonds daar lekker gegeten en in gesprek geraakt met wat locals. Achteraf bleek een van de mannetjes in lokale klederdracht de eigenaar te zijn van deze unit. Erg vriendelijke vent met vier kids (wat in Bali van oudsher de bedoeling is). Tis bleek ’s middags nog met zijn jongste zoontje gepoedeld te hebben, erg grappig ventje van anderhalf. Oka kon ons de volgende ochtend naar Padang Bai brengen voor een zacht prijsje, toppie! De rest van de avond met Oka en de rest van de staff zitten praten over Balinese gebruiken en Europeese eigenaardigheden.
19 oktober, Tulamben/Padang Bai, Bali, Indonesië
Na rustig wat verhaaltjes geschreven te hebben op de compu en de (steeds voller rakende) backpacks gepakt te hebben, zijn we relaxed gaan ontbijten op het terras van Mata Hari. Lekkere pancakes met heerlijk zeewindje en dito top uitzicht, wat wil je nog meer. We raken met een Duits stel in gesprek die een aantal jaren geleden een snorkel trip hebben gemaakt van Lombok naar Flores, met stops op Sumbawa, Komodo en de Rinca eilanden. Dit was de info waar we naar op zoek waren! Wij konden ze weer aan nuttige tips voor Sipadan geven. We hadden al een beetje gezocht naar duik live-aboards maar die waren veel te duur helaas. Op deze manier kunnen we toch deze eilanden zien op een ontspannen manier. In Padang Bai konden we deze trip, volgens hun info, boeken bij Perama (soort semi overheid vervoers-gebeuren waar de “verassingen” tot een minimum beperkt werden). Niets meer aan doen, op naar Padang Bai.
Oka had geen chauffeur kunnen regelen en bracht ons zelf weg. Erg mooie rit door prachtige sawah’s en heuvels. Onderweg kwamen nog een film crew tegen die daar wat scene’s aan het opnemen waren, geen celeb’s gespot tussen de mensen menigte. Nadat Oka nog wat geld aan zijn dochter had afgegeven die verderop op school zit (Bali verschilt soms ook niet zoveel met Nederland..), kwamen we ruim een uur later aan op plaats van bestemming. Padang Bai is een haven dorpje vanwaar de ferries vanuit Bali naar Lombot vertrekken, althans nadat ze flink aan de scheepshoorn hebben gehangen. Minder gelukkig voor onze nachtrust blijkt dit een 24-uurs ritueel te zijn, blijkt later. In de LP hadden we een goedkope en schone guesthouse gevonden. Na de inspectie van Nienke, bedanken we Oka voor z’n gastvrijheid en zetten we onze spullen in de kamer om vervolgens op zoek te gaan naar de Perama toko. Deze bleek, alhoewel wat gecamoufleerd door lokale beunhazen, redelijk makkelijk te vinden te zijn. De erg behulpzame mannetjes vertelden ons wel dat bij de enige boot die binnenkort zou vertrekken (22 oktober), er geen hutten meer beschikbaar waren. Met de jungle ervaringen nog vers in het achterhoofd, gaan we dus lekker de eerste twee nachten aan dek liggen. In Flores blijven wij dan achter, de rest van de boottour gaat door terug richtig Lomobok, voor 5 dagen. Kunnen we Flores verkennen en de 30e stappen we dan weer op om de tocht af te maken, nu wel het hut.
Op aanraden van Rigo, lopen we nog even langs de Water Worxx duikschool waar we echter geen Duitse vrienden van zwagertje aantreffen. Toevallig belde één net de duikschool toen wij nog met een local stonden te babbelen. Aardige gast aan de telefoon, die ons vertelde dat zij pas donderdag op Nusa Penida (waar Manta point is) gaan duiken. Helaas voor ons want dan zitten wij al op de ferry naar Lombok. Op zijn advies nog bij wat andere betrouwbare duikscholen nagevraagd, maar geen succes. Na de Lombok-Sumbawa-Komodo-Rinca-Flores trip komen we hier wel terug en verblijven we waarschijnlijk nog in het Royal Bali Beach Cottages resort, waar Wippo en Kath met hun prijsvraag een week verblijf hebben gewonnen tijdens hun wereldreis een aantal jaar geleden, in het nabij gelegen Candidasa. Kunnen we dan altijd nog Manta point doen en zo ook afgesproken met de Water Worxx mannen dat we daarover nog contact hebben. Het regenseizoen, wat nu gaat beginnen, verhoogt ook nog eens de kans….. We zullen het zien, hopelijk!
20 oktober, Padang Bai, Bali, Indonesië
Na ons om een uurtje of zes nog een keer lekker te hebben omgedraaid, zijn we om 8 uur even langs gegaan bij Water Worxx. Aardige gasten met mooie verhalen en foto’s van alle duiklokaties. Zoals David al door de telefoon gezegd had, blijven ze vandaag in de buurt op het lokale rif. Dit geloven we wel met de mooie herinneringen van de al gemaakte duiken en dat we selectief moeten zijn, i.v.m. budget. Na het uitwisselen van e-mail en telefoon nummers, spreken we af als we terug zijn in Bali, waarschijnlijk rond 2 november.
De rest van de ochtend en de middag, hebben we heerlijk op een terrasje op de 1e etage ons dagboek zitten bijwerken en kaartjes geschreven terwijl we hebben genoten van het uitzicht op de baai, de zeebries en alle mensen die in lokale klederdracht langs kwamen lopen. Bij navraag bleek er in Padang Bai één van de drie belangrijkste Hindu tempels van Bali te zijn, waar vandaag de tweede dag van offers plaatsvond. Drukke bedoeling want de Hinduïsten kwamen uit heel Bali. Toen wij om vijf uur besloten om een kijkje te gaan nemen, was de middag ceremonie net afgelopen en weinig meer te zien. Jammer, want de hele middag was een indrukwekkende optocht geweest van Balinezen in prachtige klederdracht. De vrouwen droegen een pyramide van fruit, bloemen en zoet brood op hun hoofd in alle soorten en maten en de kleine kindjes waren ook mooi uitgedost. Toen we terugkwamen vroegen we aan de eigenaar van de guesthouse, Made, naar de achtergrond van de ceremonie en of er ’s avonds nog een ceremonie was. Hij nodigde ons gelijk uit om die avond met zijn familie mee te gaan naar de tempel, een aanbod dat we uiteraard niet af konden slaan. Nadat we ons hadden omgekleed (uit eerbied draagt iedereen een sarong) en een hapje gegeten te hebben, schoof Made aan om wat meer over de gebruiken te vertellen. Al snel bleek dat we de sarongs niet goed omgeknoopt hadden (mannen en vrouwen hebben andere manier van het dragen van een sarong) en hij gaf ons een Balinese sjerp voor om je middel en Tis kreeg nog een extra voor om zijn hoofd. Daarna met de hele familie in de auto, al was het 2 minuten rijden naar de tempel. Het was hier stampvol mensen, de een nog mooier gekleed dan de ander, muzikaal ondersteund door het Gamalan orkest. De locals waren uiterst vriendelijk en waardeerden het erg dat we ons aan de kleding voorschriften hadden gehouden, wat te merken was aan de complimentjes. Vooral Tis vonden ze erg handsom! Waarschijnlijk zijn er ook toeristen die lak hebben aan dit soort rituelen, al hebben we de hele avond geen buitenlanders gezien. Tijdens de ceremonie brachten Made en zijn vrouw de bloemen bovenop de pyramide naar de offerplaats, waarna de hele familie met geloofsgenoten het gebedsritueel onderging, erg indrukwekkend om dit mee te mogen maken. Hierna zijn we terug gegaan naar Made’s waar we met de familie het fruit en zoet brood wat niet achtergebleven was in de tempel, hebben gegeten. Tis had een aantal foto’s gemaakt van de familie en ’s avonds nog een driver op Made’s computer gedownload, zodat Made de gemaakte digitale foto’s van zijn familie kon uitprinten. Toch nog even nerden op Honeymoon…
Maar ja die digi foto’s waren wel helemaal fantastisch. Die hele kleintjes wisten niet wat ze zagen toen ze zichzelf op het scherm zagen. En de wat oudere jongens die in de internetshop werkte vroegen Tis om nog wat extra foto’s van hun te maken. Terwijl Nienke op de veranda met Made zat te kletsen over do’s en don’ts van toeristen. Op dat moment komt een Duitse toerist, die hier al 6 maanden is, aan om bescherming te zoeken bij Made. Hij had eerst al z’n vriend (eigenaar van Gecko Divers) gestuurd, de beste man had namelijk ruzie gekregen met wat locals. Eerst wilde Made wat meer info van hem hebben wat er aan de hand was. Nienke zat met een half oor mee te luisteren, maar dit bud-verhaal klopte voor geen kant toen 2 jongens op een brommer aan kwamen en de Duitser in het gezicht sloegen en allerlei dingen in Balinees toeriepen. Wel verontschuldigden zich ten opzicht van Nienke. Made ging op onderzoek uit en wij maar naar onze kamer. Vonden het wel mooi geweest, beetje raar einde van zo’n mooie dag.
21 oktober, Padang Bai, Indonesië
’s Ochtends hadden we als blijk van waardering voor de gastvrijheid een paar cadeautjes voor de kids. Het gerammel van sleutels bleek nogal in de smaak te vallen, was de vorige avond gebleken en we hadden van Kari twee rammelaars (met veel belletjes) gekregen voor op reis. Deze hadden we creatief ingepakt en aan de twee kleine meisjes gegeven. De rest van de dag was het een flink kabaal want ze vonden het prachtig (al werd de rest van de familie er waarschijnlijk op een gegeven moment horensdol van…..).
Na het ontbijt in onze guesthouse, zijn we nog even gaan Internetten. Voordat we straks de moderne wereld van communicatie achter ons laten, op de eilanden zal dit naar zeggen niet aanwezig zijn, kunnen we nog lekker alle mailtjes van thuis lezen & beantwoorden, het forum checken op de website en proberen onze tickets van Sydney naar Auckland een dag later te verschuiven, zodat we dan nog een dag extra hebben met Mutti & de Blondies.
Om een uurtje of 1 vertrokken we richting de ferry, na de Familie Made bedankt te hebben voor hun gastvrijheid. De ferry was precies zoals we ons hadden voorgesteld, langzaam en een hoop drukte van lokale peoples die echt van alles probeerde te slijten. Een van die dudes was wel overvriendelijk, maar verkoos eieren voor zijn geld te kiezen toen we hier niet echt op ingingen. De rit zou ongeveer 5 uur duren, alleen het kan tegen zitten dan duurt het 6 uur… laat het bij ons dan 6,5 uur duren. Gelukkig hadden we ons vervoer naar Mataram op Lombok al geregeld via Perama want het was een complete chaos in Lembar. Of dit nu veroorzaakt was doordat we eerst ruim een uur hebben liggen drijven in de haven, zullen we op de terugweg over een weekje of twee achterkomen. Na in een erg basic kamertje, op aanraden van Perama, onze spullen te hebben neergezet, zijn we de stad gaan verkennen. Helaas hier ook troubles met pinnen, we moesten Perama nog 2 miljoen Rp. betalen voor de heen en terugreis, maar de opname limiet was bij de ATM’s slechts Rp. 500.000. Aangezien dit dus geen vruchten afwierp en Internet ook niet te vinden was, zijn we lekker Lombokse specialiteiten gaan eten in een soort tuinparadijsje midden in de stad, spicy!!!
22 oktober, Mataram, Lombok, Indonesië
Lekker vroeg uit de veren om te kijken of we bij de lokale bank wel geld konden cheffen. Ging voor Indonesische begrippen lekker soepel en als miljonair weer naar buiten! In de lokale shopping mall nog wat inkopen gedaan en terug naar de Perama office, uiteraard just-in-time. Daar stonden twee busjes al afgeladen vol met 20-35 jarigen inclusief backpacks en surfboards. Na wat creatief met origami konden wij incl. onze tassen er ook nog ingepropt worden. De eerste stop was al gelijk bij het shopping centre waar we net vandaan kwamen, waar de chauffeur nog iemand van z’n brommer af reed. Helaas gebeurt dat hier vaker als je ziet hoe makkelijk ze daar mee omgaan. Vervolgens een uurtje of twee op weg richting Oost Lombok. Gezellig zitten koeterwalen met de surf-dudes en babes uit Vancouver en Stockholm (een van die gasten werkt op de veerboot naar Sandhamn, waar we met Pauli en Lola zijn geweest en de rest kende Vancouver Island als hun achtertuin). Vanuit Flores gingen zij door naar Sumbawa waar de 28e heftige golven voorspeld worden.
Na een korte stop bij een klein vissersdorpje, waar we een korte uitleg kregen hoe de boten gemaakt worden onder het genot van bakkie thee en pisang goreng, kwamen we aan bij de boot. Was gezellig druk met 32 toeristen en 8 bemanningsleden en we hebben ons na wat algemene uitleg geïnstalleerd op het achterdek. Met nog 10 anderen tukken op koraalzand en een flinterdun matje, hebben we de nachtrust maar alvast op minimaal ingecalculeerd, kan het altijd nog meevallen. We waren nog geen 10 minuten onderweg en we knallen in een grote baai, vol op het enige andere stilliggende schip in de buurt. Op zich wel knap gemikt, maar was toch niet geheel de bedoeling, gelukkig viel de averij mee. Na een uurtje varen zijn we aangemeerd op Perma Island, waar we konden snorkelen. Mooi rif alleen was het jelly-fish-hindernis-parcours om er te komen af te toe erg lastig… Op dit eiland stond anderhalve hut waar we ’s avonds heerlijke verse tonijn op de BBQ hebben buitgemaakt. En toen begon het, Indonesian Idols. We zijn er nog steeds niet achter de positieve correlatie tussen de passie van Aziaten voor karaoke-achtige praktijken en hun zeer aparte stemgeluid! Was erg humor, met als klapper op de vuurpijl, de Perama dance ongetwijfeld gechoreografeerd door Barry Stevens. Het ijs was in ieder geval gebroken (of was het de Bintang, de lokale Heineken) en al snel was het een gezellige boel. Uiteindelijk op blote voeten teruggesprokkeld over het koraal op het zandstrand onder het maanlicht, op weg naar de boot. Aan boord nog een tijdje zitten kletsen met Ronald en Monique, een Nederlands stel die in de TV business zitten en er ook even lekker eruit zijn. In de hoop dat verdere aanvaringen tot een minimum beperkt zouden blijven, proberen een oog dicht te doen was het plan de campagne.
23 oktober, ergens bij Sumbawa, Indonesië
Relatief lekker geslapen, beetje houten rug en overal koraalzand. Nienke was wat meer geradbraakt en voelde zich net een sateh’tje tijdens de nacht dat ieder half uur omgedraaid moest worden. Wel kunnen we genieten van een prachtige zonsopgang vanaf het zanddek. We waren voor anker gegaan voor Sentosa Island in een prachtige baai. Voordat iedereen de slaap uit zijn ogen had gewreven, lag Tis al met snorkel in het water, kan je beter wakker worden? Naast ons lag een super luxe Live-aboard uit Thailand, waar iedereen aan de croissants en jus zat voor de ochtend duik (uiteraard eerst Dive-briefing). Die boot lag er terecht, want snorkelend kwam je al schildpadden, lion fish en morenes tegen, naast vissen met alle kleuren van de regenboog. Het ochtendprogramma bestond uit een hike op het eiland naar een zoutwater meer, wat ooit ontstaan is door een vloedgolf. Het was in principe goed genoeg om te zwemmen, maar het stilstaande water gaf ons toch niet een ok gevoel. Erg leuk om te zien, alleen snorkelen in de baai kreeg vervolgens weer de voorkeur. De rest van de dag hebben we koers gezet richting Komodo, langs de kust van Sumbawa. Ondanks dat Tis geen verse tonijn heeft gevangen met een Gamma-knutsel-hengel, zat er voldoende moois in het water. In de wateren aan de Noord-oost kust van Sumbawa barstte het van de dolfijnen en kleine walvissen. Aangezien iedereen aan dezelfde kant van de boot Japannertje ging spelen, kreeg de captain van de boot een bovengemiddeld S5’je doordat het schip volledig uit balans was. Maar ja, probeer dat maar eens aan een zwikkie Westerlingen aan hun verstand te brengen als je dolfijnen of walvissen kan zien. Keihard ‘balance, balance’ roepen wilde maar een klein beetje helpen.
Aan het eind van de middag weer aan land op een (minder idyllisch) strandje. Hier zouden we een dorpje gaan bezoeken maar vanwege Ramadan was dit off-limits. Wel werden we constant vergezeld door locals die toeristje kwamen kijken, een horde krabbetjes en zoutwater drinkende wilde paarden die over het strand hobbelden. Dat was leuk als afleiding want het koraal was door dynamiet verwoest. In dezelfde baai ’s avonds gegeten voordat iedereen het op een drinken zette en zich wederom waagde aan de sing-songs. Echter voor de Honeymooners ging relatief vroeg het lichtje uit doordat Tis iets verkeerds gegeten had en Nienke wat last had van zeebenen (een zeeziekte pilletje zorgt gelukkig voor genoeg slaperigheid). Gelukkig was de timing dat we allebei brak waren prima!
24 oktober, Komodo en omstreken, Indonesië
Het was vroeg dag, reveille om 6 uur, we gingen op zoek naar de beruchte Komodo draken die alleen op Komodo en buureiland Rinca leven. Vol goede moed had iedereen dichte schoenen aangetrokken en camera’s opgeladen, want dit was voor velen het hoofddoel. Op het eiland werden we in twee groepen verdeeld, uiteraard nadat we camera-fee hadden afgetikt (25.000 Rp voor een camera en 100.000 Rp voor de videocamera, hoe bedoel je commercieel). Na eerst wat globale uitleg en het gebruikelijke indekverhaal (“Het is de natuur, dus je weet niet of we wel varanen zien…”), gingen we met onze gids op pad. Na eerst wat wilde zwijntjes en hertjes gezien te hebben, zag Nienke nog in het rangers-complex een varaan liggen. Het beest zat zo stil, dat we eerst dachten dat het een beeld was aan het begin van het park. Niets bleek minder waar, want wakker geschrokken kon dit indrukwekkende beest nog flink uit de voeten, gelukkig pas nadat we de varaan hadden kunnen vereeuwigen op film/memorystick. Als toegift bleek ook de varaan last van de maag te hebben…. Dit beloofde wat!
Echter de wandeling bleek een saaie slijtageslag in de hitte (ook al was het pas 9 uur ’s morgens), zonder een varaan gezien te hebben. De drinkplaats stond ook droog en we waren blij af en toe wat wilde zwijnen en hertjes te zien. De andere groep had nog twee Komodo draken gezien, maar ook dat waren meer huisdieren in de nabijheid van het complex. De andere 1297 varanen geloofden het wel en lagen ergens ver weg te chillen (en gelijk hebben ze). Nadat een aantal mensen nog de moeite hadden genomen om de camera fee terug te krijgen, uiteraard tevergeefs, gingen we ietwat gedesillusioneerd op weg naar Labuan Bajo, de eindbestemming van de heenreis. Onderweg vertelde Fransisco (de boot captain) dat je op Rinca een veelvoud van varanen ziet in vergelijking met Komodo, lekker die achter info… Helemaal aangezien de meesten in Labuan Bajo van boord gaan om Flores beter te verkennen, zo ook wij. De twee Nederlandse stellen gingen met een gecharterd busje richting Oost-Flores om daar de drie gekleurde vulkanische meren te bekijken en vanuit daar terug te vliegen naar Bali. Aangezien wij 5 dagen later met de Perama boot terug gingen naar Bali (en dus Rinca nog meepakken), hebben wij de meren helaas moeten skippen. Vanuit Labuan Bajo is het 18 uur rijden om daar te komen (en dus ook terug voor ons) over een zeer bochtig en bergrijk parcours. We hadden ook al gehoord dat de lokale busjes ook geen aanrader waren, ivm misselijk locals en de nog mindere geuren hieruit resulterend. Aan de westkust is er ook voldoende te zien en te doen en race partijen passen we voor!
In Labuan Bajo hebben we eerst een vergelijkend warenonderzoek gedaan naar hotel/guesthouse, want de informatie uit de Lonely Planet bleek waardeloos. Uiteindelijk onze back-packs uitgepakt in het Gardena hotel, wat tegen de heuvel aanlag met prachtig uitzicht over de haven. Twee Amerikaanse dames (Kate en Betsy), die zich voordeden als Canadezen bij de locals (een goede keuze, gezien de Amerikanen in dit land niet erg geliefd zijn net als de Australische vrienden), hadden voor dezelfde optie gekozen. Ook lag het redelijk ver van de moskee, al bleek er ’s avonds een ander verderop te zitten, waardoor we de keelklanken in stereo konden beluisteren. Gelukkig hadden we vanaf 7 uur het afscheids/welkoms feestje op de Perama boot, die nog voor anker lag in de haven van Labuan Bajo. Het bleek meer afscheid dan welkom te zijn, want de enige die extra aan boord kwam was een Fransman uit Toulouse i.t.t. de 22 vertrekkende badgasten. Het feest was er in ieder geval niet minder om, het eten was wederom voortreffelijk en de Bintangetjes vloeiden rijkelijk. Althans totdat de surfers aan de Red Bull met Arak (lokale meuk) gingen. Al snel had de bemanning een vergelijkbare substantie weten te mixen, wat goed bleek te zijn voor je tanden, lever, etc. Sure! Het wist in ieder geval alle bacteriën uit de (nog borrelende) maagjes te doden, maar wat verwacht je met een gemiddeld alcohol percentage van 80 procent. De Indonesische bootsjüngen bleken elastieken knieën en stalen slokdarmen te hebben van de arak want de Perama dance gingen op het deinende schip soepeler dan aan land. Een van de surfboys had inmiddels zijn i-pod weten aan te sluiten op de stereo aan boord, waardoor half Labuan Bajo tot 1 uur ’s nachts heeft kunnen meegenieten als tegenhanger van de tunes uit de moskee-luidsprekers. De bemanning wist niet wat ze hoorden en konden maar niet stoppen met dansen wat redelijk hilarische taferelen opleverde.
25 oktober, Labuan Bajo, Flores
Rond 8 uur worden we wakker, heerlijk geslapen en niets gehoord van jengelgeluiden uit luidsprekers. Valt het dan toch nog mee dit dorp, of waren we gewoon moe… Vandaag even een chill dagje. Kate en Betsy waren het daar volkomen mee eens. Zitten, niks doen, lezen, kletsen, eten, slapen. Nog net voor sluitingstijd hebben we voor de volgende 2 dagen wat tripjes geboekt bij de lokale tour-dude Luis, die het meest betrouwbaar overkwam.
Terug in de kamer nog even opfrissen en ’s avonds met z’n vieren op bezoek bij David (ook van de Perama boot), hij verblijft bij Chez Felix. Deze toko stond ook op ons lijstje van hostels… alleen vonden we het gisteren wat te warm om de berg omhoog te lopen met onze backpacks en geloofden we het wel. Achteraf bleek dit een goede keuze. Het was niet alleen een klere eind om hoog lopen (zelfs zonder rugzak) maar het was ook niet erg bijzonder. Bij Gardena hebben wij hetzelfde uitzicht en is het eten een heel stuk beter. Na wat nasi zonder al te veel smaak en 2 Bintangs met 4 personen (David niet meerekenen, die is goed voor meer dan 6 Bintangs in z’n eentje) gaan we na wat bla-bla-bloody-girlfriend verhalen van David (je had er bij moeten zijn…) terug naar Gardena.
Rond 11 uur duiken we onze mandjes in, wekkertje zetten. Morgen moeten we om kwart voor 8 klaar staan voor onze trip. Aangezien ze hier nogal traag zijn met het opnemen van bestellingen en het klaarmaken ervan, moeten we uiterlijk om 7 uur aan het ontbijt zitten om op tijd klaar te staan.
26 oktober, Labuan Bajo, Flores.
Om 3 uur ’s nachts begonnen de eerste jengelgeluiden vanuit de moskeen. Hoe kunnen ze het verzinnen. Toen weer om 4 uur, half 5, 5 uur… en toen was het stil. Maar ja dan heb je wel een koor aangehoord van minimaal 4 moskeeën, hoe verzinnen ze het!
Tis lag ondertussen lekker te knorren en heeft weinig gemerkt, met oorplugs in. Nienke daarentegen slaapt normaal overal doorheen, maar dit was niet tof!
Om 7 uur zijn we beide startklaar om naar beneden te gaan en komt Betsy al bij ons langs wat we willen hebben voor ontbijt. Ook vertelt ze dat onze vriend de kapitein (voor de snorkel trip van de volgende dag) graag met ons mee wil, nou ja hij heeft zichzelf al uitgenodigd voor onze landtrip. Alleen is Betsy al zo ‘cranky’ tegen hem geweest dat hij nu begint te twijfelen…. Go on, Betsy!!
Aardige vent deze Captain Jaï, alleen hij kan niet ophouden met kletsen, om gek van te worden. Morgen gaan we al een hele dag met hem weg, dat is meer dan genoeg. Hij had al aangegeven dat hij het binnenland van Flores eigenlijk helemaal niet kent (is hier wel geboren en getogen), een goede gelegenheid volgens hem om met ons (met name de Amerikaanse vrijgezellige dames) mee te gaan, FIJN!!
Na een ontbijt van thee en banana pancake, staan we om kwart voor acht klaar om te vertrekken. Onderweg moeten we eerst nog even stoppen, Betsy en Kate moeten namelijk nog geld wisselen en tickets boeken voor de terugvlucht naar Bali, 28 okt. Ongeveer een kleine 3 kwartier later vertrekken we echt vanuit Labuan Bajo richting de spiderweb sawah’s. De spiderweb sawah’s liggen op ongeveer een vierde landinwaarts van heel Flores. De drie meren liggen bijna helemaal in het oosten van Flores. Nu we op de enige weg rijden die hier door het land gaat… weten we zeker dat het geen goed plan in om naar de drie meren te gaan en terug. De weg (ookwel gekscherende de “Trans-Flores-Highway” genoemd) gaat slinger de slang, berg op berg af. Gelukkig hebben we een behoorlijk goede chauffeur. Het landschap van Flores absoluut is prachtig en redelijk gevarieerd van landbouw naar jungle, droogvlakte en sawah’s. Uiteindelijk heel wat uurtjes later moeten alles dames naar het toilet en stoppen we bij een naar wat lijkt willekeurig huis. Hier mogen we even een plasje plegen. Geven we alle kindjes een snoepje en maken wat foto’s. Dat ze zichzelf vervolgens direct op het kleine schermpje van de camera kunnen zien, zorgt voor enorme veel hilariteit. Ongeveer 2 kilometer verder (in onze beleving wel 10), een stuk omhoog lopen, even in het gastenboek schrijven, een bijdrage leveren voor het bouwen van nieuwe huizen en nog verder omhoog klimmen voor een prachtig uitzicht over de spiderweb sawah’s. Wat een schitterend uitzicht. Niet alleen dat maar ook om te zien hoe de mensen hier wonen, in een zachtjes uitgedrukte sobere staat, is indrukwekkend. En de één nog vrolijker dan de ander. Dit zet je wel aan het denken dat je niet zoveel nodig hebt om gelukkig te zijn… Een oud mannetje loopt met ons mee naar boven, om de weg te wijzen. Foto’s maken, genieten van het uitzicht en weer terug naar beneden. Onze chauffeur kan niet lang buiten blijven in de zon, hij doet namelijk mee met de Ramadan en mag dus de hele dag in deze bloedhitte niets drinken en eten.
Op de weg naar beneden maken wij nog wat foto’s van alle mooie mensen hier. Auto weer in een stukje terug om een wat minder goed aangelegde weg te nemen richting Todo. Todo is een klein ‘dorpje’ met een traditioneel huis. Hier wonen mensen van de Manggarai stam, de traditionele etnische (berg)bewoners van Flores. De weg er naartoe is al prachtig mooi en het dorpje helemaal. We worden ontvangen door een enorme groep kinderen. Allen even nieuwsgierig, je ziet dat dit dorp niet vaak bezocht wordt door toeristen, in tegenstelling tot de traditionele huizen in Ruteng. We worden uitgenodigd het hoofdhuis (hut) in te gaan. Plaats te nemen in een grote kring, helaas kunnen we niet al te goed met ze praten gezien ze geen Engels spreken, maar met handen en voeten werk komen we in de richting. Nadat Tis een klein meisje heeft laten stoppen met huilen, door haar een Ilionx pen te geven, mogen we later rond te kijken in het huis. Het is eigenlijk een grote ruimte die wordt afgescheiden met doeken. In dit huis wonen totaal 8 families en welgeteld 30 mensen. Het gemiddelde gezin kan hier wel 10 kinderen hebben, hoe bedoel je goed katholiek. De ruimte waar we zijn binnen gekomen is de eet/zit/familie kamer, de ruimte er achter (centraal in het huis) is de keuken en rond er om heen zijn 8 kleine kamertjes met doeken afgeschermd. Ieder gezin heeft een eigen kamer.
Ongelooflijk dat mensen zo leven, wat een totaal andere wereld dan waarin wij verkeren.
Na nog wat rolletje foto’s vol geschoten te hebben gaan we terug, helaas hebben we niet genoeg snoepjes. Dus stoppen bij het lokale shopje, snoepjes gekocht en terug om deze uit te delen. We weten alle vier eigenlijk nog steeds niet of dit wel zo’n goed idee was. Onze chauffeur heeft zich compleet vermaakt, kwam werkelijk niet meer bij van het lachen. Veel kinderen draaiden namelijk helemaal door. En andere waren te verlegen om dicht bij te komen en hun handje uit te steken. Enige oplossing was rondlopen en de kindjes die een stuk verder op stonden ook wat geven. Sommige volwassen probeerden tevergeefs nog met (te) harde hand kalmte te creëren.
Na alle gekheid gingen we een kwartier later echt weg. Het is nog een lange weg terug, heuvel op heuvel af. Onze chauffeur wordt naar mate de tijd vordert steeds ongeduldiger. Ondanks zijn goede rijkunsten… rijdt ie af en toe wel heel erg hard. Vliegen we soms de heuvels over en bij 1 bocht konden we de geur van verbrande banden ruiken. Iets rustiger mag ook wel. Door al het gehobbel hadden we alle vier geen trek en besloten om de lunch over te slaan vandaag en alleen ’s avonds te eten. Net voor zessen kwamen we terug in Labuan Bajo. Na uit de auto te zijn gestapt, scheurt Adji (de chauffeur) weg om bijtijds in de Moskee te zijn want na zessen mag er weer gegeten en gedronken worden. Nog geen kwartier later zien we hem weer voorbij komen, alleen nu in een wat rustigere staan en is het tijd om iets te gaan eten.
Wij zijn daarentegen helemaal geïrriteerd… bij het mannetje waar we de trips hebben geboekt willen ze nu dat we betalen voor fins en snorkels, terwijl dit gisteren nog in het bedrag zat. Daarnaast moeten we nog aparte toegangsbewijzen voor het Komodo National park kopen en is Tis er achtergekomen dat de Peramaboot 2 dagen later aankomt dan gepland. Dit betekent dat we de 1e november pas uit Flores vertrekken en 4 november in Bali aankomen (in tegenstelling tot de eerdergeplande 2 november). De planningen lopen nu een beetje in de soep, gezien we er min of meer op hadden gerekend de 2e in Candidasa neer te kunnen strijken in een luxueuse resort (ook dit is nog maar afwachten of het gaat lukken). Het enige wat er nu nog op zit is alles te laten voor wat het is, lekker wat te gaan eten en gelijk te gaan slapen. In ieder geval wel duidelijk laten blijken dat er niets bijbetaald wordt voor de fins en snorkels. Morgen moeten we om 4 uur ’s ochtend vertrekken. Maar eerst wat gado gado, sateh, mie goreng en een Bintang.
27 oktober, Labuan Bajo, Flores.
3 uur ’s ochtends en het eerste gejengel begint al… wij kunnen nog precies drie kwartier slapen. Om 4 uur staan we beneden klaar, nog even op Betsy en Kate wachten (die zijn niet zo vlot). Ook onze kapitein Jaï is gelukkig al aanwezig. Een klein half uur later zitten we op de boot en varen we de haven uit. Het wordt vandaag een lange rit. Eerst even stoppen bij Rinca Island om toegangsbewijzen te halen voor Komodo national park, deze heb je namelijk ook nodig om te snorkelen en duiken rond de eilanden.
Als we rond half 7 aankomen op Rinca Island, moeten wel allemaal aan land om de kaartjes te halen. Nog geen 2 meter van de kade, staat Tis ongeduldig aan te geven dat we op moeten schieten want we moeten naar de manta’s en rent Nienke weer terug omdat er net op dat moment een Komodo draak naar beneden komt lopen precies haar richting op. Wahhhh… even stopt ie… even poepen en loopt rustig weer verder. Voorzichtig lopen we verder richting het ranger-station. Komen nog een paar aapjes tegen en bij het ranger-station liggen gewoon nog 4 dragons. Ongelooflijk, wat een grote jongens zijn dit, helaas hebben we de camera’s aan boord laten liggen... We hebben er nu binnen een kwartier al meer gezien dan op heel Komodo. Als we met de Perama boot terug gaan, hebben we alsnog de gelegenheid om Rinca beter te verkennen. Een uur later stappen we eindelijk weer aan boord, gaat hier allemaal wel heel erg Pelan Pelan (langzaam langzaam) of anders gezegd Santi-Santi (relax…). Aan boord krijgen we nog wat lekkere bananen, ontbijtje, kopje thee. Jammie en we kunnen nog even lekker slapen of op de voorkant zitten om te genieten van het prachtige uitzicht. Manta Alley is de eerste stop, dit duurt nog wel een aantal uurtjes voor we het hebben bereikt.
Inderdaad een aantal uur later, het is inmiddels 10 uur ’s morgens als we eindelijk bij Manta Alley zijn. En helaas geen Manta’s te bekennen, wel een hoop listige stromingen. Jaï begint al wat excuses te maken, is al laat, de zon is te warm, hadden hierom 7 uur moeten zijn, normaal zie je er hier minimaal 30… bla bla. Na wat snorkelen in te sterke stromingen en koud water gaan we de boot weer in. Dit is dan de plek waar je 90 procent kans hebt om manta’s te spotten. It’s not our lucky day!!! Helaas geen manta’s gezien, wel een haai, bumphead parrotfish en een clown triggerfish.
Jaï probeert ons wat op te vrolijken met een heerlijk lunch. Smaakt allemaal goed maar de gedachten dat we hier nog tot een uur of 4 moeten wachten worden we niet erg vrolijk van. De golfslag veroorzaakt door de stromingen is aardig bezig, dus nemen we voor de zekerheid een reispilletje. Nienke wordt hier altijd enorme slaperig van en dus binnen 5 minuten ligt ze te knorren… voor een aantal uur. Tis blijft op de uitkijk. Tegen de tijd dat we eindelijk op de volgende plek aankomen weten we allemaal niet meer hoe we moeten liggen of zitten. Ook hier een succes, onze captain wil nog één plek proberen, een langgerekt rif ten noord-oosten van Komodo, genaamd Karang Makassar. Prachtig rif, maar we verwachten er niet te veel meer van, aangezien manta’s naar zeggen met name aan de zuid-kant van de eilanden zitten. Tot het moment dat Jaï gilt dat hij ze ziet… ja hoor!!! En ja werkelijk tientallen manta’s om ons heen. Wat geweldig. Tis weet niet hoe snel hij z’n snorkel op moet zetten en de rest volgt hem direct. Nog voor de boot stil ligt liggen we al in het water. Maar waar zijn dan de manta’s. Nog geen seconde later zien we ze allemaal. Nienke weet echt niet wat ze ziet…. Er komt een manta recht op d’r afzweven…. Op ooghoogte. Dus wat doe je dan, schikken, zolang mogelijk onder water blijven kijken en tegelijkertijd Tis roepen. Die weet tegelijkertijd iets verderop ook niet waar hij kijken moet, links en rechts komen ze voorbij. Hoe ongeloofelijk is dit, hier kan je alleen maar van dromen. De manta’s spelen met elkaar tussen de verschillende stromingen door, geweldig! Terug de boot in en Jaï zet ons nog een stukje verder af. Dit keer zien we (maar) vier manta’s en al iets aan het idee gewent, is het wonderbaarlijk om te zien hoe gracieus ze door het water vliegen. Weer de boot in en even verder nog eens er in. De stroming wordt steeds heftiger en de Amerikaanse dames hebben het al voor gezien gehouden, wij mooi niet. Weer drijven we met de stroming mee en komen ze ons tegemoet. Al foto’s makend en volop genietend, zwemmen we (tegen de stroming in) weer naar de boot. Het begint al donkerder te worden (inmiddels al een uurtje of vijf), echter weet Tis de captain over te halen om nog een laatste keer gedropt te worden. Ondanks dat Tis niet midden van de groter wordende groep beland, ziet hij er ongeveer een stuk of twintig in een tijdsbestek van twee minuten, woahhhhhhh!!!! Compleet onderste boven komt ie uiteindelijk de boot weer in en is het helaas tijd om weer terug te gaan. Jaï heeft zelf in al die tijd dat hij op zee zit, nog nooit zo’n grote groep gezien. Ook genietend, besluit hij ipv er omheen, voorzichtig door de groep heen te varen. We komen wel honderd manta’s om de boot heen zwemmen, vrolijk spartelen voor en naast de boot. Niet te tellen, en dan zien we niet eens de manta’s die onder water zitten!!!! Echt een ervaring om nooit meer te vergeten, onbeschrijfelijk. Wel splasht een van de grootste manta’s (spanwijdte van zeker drie meter) water in de digitale camera, die het hierdoor bijna begeeft. Tis kan zich er op dat moment niet echt druk om maken en verwacht dat het later wel goed komt. Jaï vraagt ons om de deze lokatie voor onszelf te houden, om zijn business te beschermen. Het is van Labuan Bajo maar drie uurtjes varen naar Karang Makassar, dus iedere beunhaas met een bootje (en dat zijn er hier nogal wat), zou deze trip ook kunnen doen.
Compleet gelukkig zitten wel alle vier na te genieten van de manta’s als we er na een uur nog 1 zien, dit keer een albino manta!!! Zelfs Jaï geeft aan deze nog nooit gezien te hebben. Wij dachten eerst dat deze manta op z’n kop zwom, maar de onderkanten van de vleugels waren ook wit. Helaas was die ook ineens weer weg, alhoewel de camera het toch niet deed. Helemaal alleen (waarschijnlijk verstoten door de groep, vanwege een ander uiterlijk) dook de albino weer de diepe wateren rond Flores in.
Net voor we wat foto’s willen maken van een prachtige zonsondergang varen we een rif op. Heel handig van John, een 16 jarige jongen die het schippersvak wil leren en als Botsjüngen al de hele dag aan het varen is, op aanwijzingen van Jaï. De arme jongen heeft de schik van z’n leven en Jaï is laaiend. De boot is vier maanden oud en de kiel was redelijk opengehaald door het koraal. We springen allemaal van boord tussen de zee-egels om te kijken of we de boot terug kunnen duwen. Helaas, het wordt wachten totdat het water opkomt. Gelukkig duurt dit niet al te lang… zo’n dertig minuten later zitten we gelukkig weer op in de boot. De schade viel gelukkig (voor John) mee. Het is nu nog ruim twee uur varen voor we terug zijn.
Redelijk gebroken, maar dolgelukkig komen we uiteindelijk om half 8 aan in Labuan Bajo, na een lange dag. Jaï gaat vast eten voor ons bestellen bij Nirwana, terwijl wij nog even een korte verfrissende douche nemen en ons omkleden. Tijdens het eten kunnen we nauwelijks de oogjes open houden. We willen slapen en dromen van de manta’s…. Dit is weer zo’n dag, die de rest van je leven in je geheugen gegrift staat!
28 oktober 2004, Labuan Bajo, Flores.
Vandaag hebben we onze 2e maand anniversary, met veel plezier denken we iedere dag nog terug aan alle mooie herinneringen van ons huwelijk en bekijken we bijna iedere avond de foto’s op de laptop. Tijd vliegt, ook al lijkt het nog de dag van gisteren.
Nog half tintelend van alle gebeurtenissen van gisteren, doen we vandaag een dagje rustig aan. Tis gaat naar de Perama office om eens uit te zoeken, waarom de boot twee dagen later vertrekt. Aldaar beweren ze slechts te bemiddelen namens Perama, maar willen ze voor Rp. 10.000,- wel bellen naar het Perama kantoor in Sengigi om uit te vinden hoe of wat. Amehoela, ook al is dit maar een Euro, Tis weigert te betalen voor iets te betalen voor wat niet onze schuld is en vraagt de man vriendelijk of ze hem kunnen bellen in ons hotel als ze contact hebben gehad met Perama. Op de terugweg nog even langs de duikshop, die ons door verschillende mensen was aangeraden. De duik voor de volgende dag was op een plek met veel stroming, waar je minimaal 50 duiken gemaakt moet hebben. Aangezien Nienke nog niet zover is en gisteren weer last heeft gekregen van haar oor, is dit geen optie. Ons hotel, heeft op Seraya Island ook nog een aantal simpele hutjes staan en aangezien het ernaar uitziet dat we toch tot 1 november moeten blijven, gaan we lekker daar relaxen. Er bleek ook nog plek te zijn, dus we geven ons op om daar t/m de 30e te blijven. Op 1 november is de duikschool van plan om naar Bati Bolong te gaan, hopelijk is Nienke haar oor dan weer ok.
De Amerikaanse dames vliegen vandaag terug naar Denpasar en vertrekken om een uurtje of elf. Na ze dag te hebben gezegd (met name Jaï had pijn in zijn hart, aangezien hij een oogje had op de dames, zonder echte voorkeur overigens..), hebben we heerlijk op de kamer liggen relaxen. Deuren en ramen lekker open, fris zeebriesje en een goed boek. Aan het eind van de middag heeft Tis nog steeds niets van Perama gehoord en gaat maar weer eens buurten. Weer een ander mannetje het verhaal uitgelegd en binnen een uur zou er teruggebeld worden. Zowaar na drie kwartier Fransisco, de captain op de heenweg, aan de lijn met een excuserend verhaal dat er niet genoeg mensen waren. Hij zou met z’n baas kijken of er een korting inzat voor het ongemak en zou weer terugbellen. Aangezien de mensen van het Gardena hotel niet gecharmeerd waren van het feit dat hun telefoonlijn bezet was, moest Tis om 9 uur ’s avonds bij een ander hotel zijn, naast de Perama office. Na lekker gegeten te hebben, heeft Tis daar een half uur voor Jan Joker zitten wachten. Het blijkt hier zo te gaan, je raakt er al een beetje aan gewend…. Morgen weer een dag, nieuwe ronde, nieuwe kansen!
29 oktober, Seraya Island, Flores
Vandaag naar Seraya Island, ’s ochtends na onze (bijna rituele) bananen pannenkoek en thee, de spulletjes weer gaan pakken. Wonderbaarlijk hoeveel er toch in een backpack kan. Zeker als je ergens een paar dagen op dezelfde plek bent, liggen alle spullen her en der verspreid en met een beetje opvouwen en logisch pakken, kom je een eind. Onze Franse buren zijn ook aan het pakken en blijken ook naar Seraya te gaan. Erg vriendelijk stel, die al bijna een jaar op pad zijn in Azië en Tis natuurlijk weer lekker Frans wauwelen. Op het punt van vertrekken, blijkt er telefoon te zijn, drie maal raden Perama. Dit keer een nieuw verhaal, dat vanwege veiligheidsredenen (problemen met de motor) de reis is uitgesteld en daardoor is er geen korting mogelijk. Het blijkt dat de kleine lettertjes in de brochure de reden zijn van de nieuwe wending voor het verlate vertrek. We geloven het wel en zien het wel als we 1 november aan boord stappen. Nu eerst op naar Seraya.
Na een uurtje in een brak vissersbootje, komen we aan op een idyllisch zandstrand met schattige hutjes. Over het strand lopen allemaal geitjes en twee herten. Deze beestenboel blijkt nogal bijdehand aangelegd te zijn, want de geitjes staan in no-time op de veranda van het hutje alles te roven wat eetbaar is. De herten maken het nog bonter, met name het mannetjes hert geniet ervan om overal tegenaan te schuren met z’n hoofd, met name Tis zijn benen, quasi tackle training. De hutjes van hout en riet zijn basic (alleen tussen 18.00 en 22.00 uur elektriciteit en tussen 18.00 en 20.00 uur water) met overal schelpen en twee stoelen om te genieten van het uitzicht op zee, toppie! Het rif is ook erg mooi, eerst zeewier dan een klein stukje koraal en daarna een drop-off van ongeveer 40 meter. Perfecte combi, van Nemo’s tot lionfish en morene, alleen begint het om drie uur te donderen, wel lekker wat regen op z’n tijd. ’s Avonds lekker aan de vis in het restaurantje, waar je voor zes uur je bestelling doorgegeven moet hebben. Hier doen ze het ook relaxed aan, twee uur later genieten we, met de opkomende volle maan als uitzicht, van de snapper en fruit juice. Tijdens het eten vertelt een Amerikaan, die al tien jaar aan het reizen is, dat hij naast haaien en schildpadden af en toe een spotted eagle ray ziet langs cruisen op het rif. Da’s dus duidelijk, Tis is de volgende dag het water niet uit te slaan… Hij heeft al jaren een foto van een spotted eagle ray op zijn desktop staan, maar nog nooit in het echt gezien.
30 oktober 2004, Seraya Island, Flores
Voor de verandering worden we ’s ochtends om zes uur eens niet gewekt voor moskee-noise maar door de geitjes die naast ons huisje de palmboom hebben omgedoopt tot ontbijt. Prima alternatief! Binnen een half uur ligt Tis, na wat omzwervingen vanwege het lage tij, aan de rand van de drop-off en zit Nienke verzonken in een boek op de veranda. Tegen een uurtje of 9 komt Tis het water uit met een brede glimlach, turtles, black-tip sharks en een spotted eagle ray!!! Eerst manta’s en nu dit, het kan hier niet op in Flores lijkt het wel. Verder prachtig snorkelen, helaas moet Nienke het doen met de foto’s die Tis onder water voor haar gemaakt heeft, aangezien haar oor nog niet top is. Gelukkig bevalt het lezen en zonnen haar prima. Na een siësta en speelkwartier met de geitjes en herten, is de middag snorkel sessie van Tis snel klaar, vanwege de stroming en het slechte zicht. Om-me-nabij… toch zo’n 6 uur gesnorkeld, niet slecht. Valt nog mee dat Tis geen schubben heeft gekregen. De rest van de middag lekker samen zitten lezen en dagboek updaten. In Lovina hebben we twee Balinese boekjes gekocht toen het eerste dagboek al vol was. Het schrijft wat minder makkelijk, maar het oog wil ook wat! ’s Avonds weer lekker gegeten en vroeg tukken. Klinkt vreemd, maar het lijkt hoe minder je doet, des te meer slaap je krijgt. Ook goed voor het budget, een dieptepunt tot nu toe, de hele dag maar 15, 28 Euri uitgegeven. Zo zie je maar weer dat de mooiste dingen niet duur hoeven te zijn.
31 oktober 2004, Seraya Island - Labuan Bajo, Flores
Helaas al weer tijd om Seraya Island te verlaten. De boot vertrekt al om 8 uur, dus veel ochtend activiteiten zitten er niet in. Het tij is ’s ochtend erg laag, waardoor we met rugzakken op de eerste twintig meter door het zeewier en 20 cm water moeten banjeren tot aan de rand van de drop-off. Op zich wel vreemd dat je zwaar bepakt tot je enkels in het water staat en als je een stap extra zou zetten, dat je ongewild onderzeeërtje aan het spelen bent! Met een klein kanootje worden we naar de boot gebracht, die koers zet richting Labuan Bajo, onderweg nog begeleid door twee dolfijnen. In de haven is het een drukheid van jawelste, waardoor we nergens aan kunnen leggen. Het alternatief in Flores is dan erg simpel, de boot wordt tegen de eerste de beste kade van rotsen aangekwakt en à la Sterrenslag naar boven met backpack en rugzak. Het is trouwens niet normaal hoe heet het hier al om een uurtje of 9 is, zelfs met een frisse zeewind. Na een stukje hiken door de dorpsstraat en de vertrouwde 32 treden naar hotel Gardena, zitten we een half uurtje later alweer op ons terrasje.
En ja gelukkig… we gingen het bijna missen voor de lunch en ook na de lunch in koor horen we van alle kanten weer lekker wat Moskee-gejengel. We verlangen inmiddels al redelijk naar de boot en Bali. Op Bali is het aantal moskeeën toch een beduidend minder. Een ding is zeker de beste heren die hier door de luidsprekers jengelen gaan Idols echt niet winnen. Het is toch een potje vals…
1 november 2004, Labuan Bajo, Flores
Voor Tis vandaag een spannend dagje duiken… voor Nienke een iets wat minder spectaculaire dag, nog steeds teveel last van haar oor. Maar dat heeft de pret niet mogen drukken, ze begint de dag met een Cream Bath, dit is een speciale Indonesische haarbehandeling. Een uur lang je haar in dikke crème en andere smeerseltjes, een hoofd en nek massage, geweldig. Heerlijk na een uur gepluk even lekker niets in de kamer. Rond een uur of 12 was het helaas check-out time, tassen naar beneden gesjouwd en vervolgens tot 5 uur wachten op veel te harde stoelen. Rond een uur of half 4 arriveerde de Perama boot. Tis was alleen nog niet terug.
Hij was die dag om 7 uur vertrokken om de lokale wateren van Flores te gaan verkennen en na de snorkel-manta ontmoeting beloofde dit wat. Je moet hier wel minimaal 50 duiken hebben gemaakt want er staat hier een hoop stroming. Gelukkig hebben de divemasters hier een hoop ervaring. Tis gaat ook met de Reefseekers duikschool duiken, het bedrijf in Labuan Bajo met de beste reputatie en spullen, gerund door een Engels stel. Naast Julien, de Engelse divemaster, ging er nog een Engels stel mee, die de afgelopen jaren als divemaster in Zuid-oost Azië hebben gewerkt. Allemaal erg ontspannen lui met wie Tis de hele heenweg over duikenervaringen heeft zitten koeterwalen. Onderweg eerst nog gestopt op een klein eilandje in de buurt om de spullen op te halen. Reefseekers heeft dit eilandje net gekocht en is net begonnen van het bouwen van luxe bungalows. Aangezien toerisme hier nog redelijk in de kinderschoenen staat en er naast varanen en manta’s ook de prachtige natuur van Flores op het menu prijken, lijkt dit een slimme zet. De eerste duik is aan de oostkant van Tatawa Besar, een klein eilandje ten noorden van Rinca en Komodo. Stroming bleek hier mee te vallen, dus het werd een ontspannen drift duik. Onder water werden we getrakteerd op het meest prachtige koraal in alle kleuren van de regenboog en vier manta’s. Snorkelen met deze bijna pre-historisch uitziende beesten was al een belevenis maar onder water is ook top. De eerste manta vloog bijna tegen ons op, waardoor we deze bijna konden aanraken. Verder ruim een uur genoten van de meest prachtige nudibraches, shrimps en vissen, waarvan de crocodile fish een van de vele hoogtepunten was. Voor de surface interval gingen we naar hetzelfde rif waar we een aantal dagen daarvoor alle manta’s hadden gezien. Het bleek dat Jaï aan Julien had verteld dat ze hier zaten (wij hadden keurig ons mond gehouden zoals we Jaï beloofd hadden), aangezien de duikschool toch geen bedreiging voor zijn business was. Zouden ze er nog zitten…….. Ja hoor, een stuk minder vanwege de hitte maar nog steeds een stuk of dertig, met name de grote jongens. Het Engelse stel stond zowat te schuimbekken aan boord en Tis z’n hart was ook weer flink op toeren. We werden voor de manta’s gedropt, zodat we rustig door de stroming hun richting op dreven, zonder teveel flipper gespetter. De eerste was echt huge en kwam recht op Tis af, die rustig lag te drijven op de golven. Deze mannetjes manta van ruim drie en een halve meter spanwijdte, had z’n bek wijd open en was plankton naar binnen aan het gorgelen. Waarschijnlijk smaakt dit zo goed dat deze reus pas op een meter doorhad dat er iets voor hem dreef. Inmiddels zat Tis met z’n hart in zijn keel zich af te vragen, hoe een manta collision het beste subtiel voorkomen kan worden. Op een meter afstand boog de manta af naar rechts, wat een gezicht…. Met een steeds groter wordende grijns, bleek dit nog maar het begin want hierna volgende er nog een zwikkie, waarvan er een aantal tikkertje aan het spelen waren, om onze snorkelende posse heen. Helaas is free diven tijdens de surfice interval niet echt handig, maar mocht de pret niet drukken. Na een kwartier werden we het water uit getrokken want er stond nog een duik op het programma. En niet zomaar één, de meest mooie en ook beruchte duik van de streek, Bati Bolong. Deze onderwaterrots ligt in de straat tussen Rinca en Komodo, wat een hoop stroming en grote vis met zich meebrengt. Na een erg goede en uitgebreide briefing, dalen we af naar 24 meter aan de zuidkant aangezien de stroming van de noordkant komt. Al zigzaggend aan de “achterkant” hebben we dus het minste last van de stroming. We bleken hier niet de enige te zijn, het leek alsof alle vissen uit de hele oceaan hier aan het schuilen waren. Zoveel vis dat het een kabaal was onder water, een meer levend rif dan dit kan je je bijna niet voorstellen. Dichtbij de rots duizenden kleine kleurrijke visjes en ander macro-life, meer naar buiten de grote jongens. De hele duik werden we vergezeld door grote napoleon wrasses, white tip haaien, big eye travallies of tonijn (naast lekker ingeblikt ook erg mooi om te zien zo dichtbij). Dat je wakker moest blijven, bleek aan de buitenkanten van de rots. Je bubbels, die normaal gewoon naar boven gaan, werden eerst subtiel naar buiten gezogen en na een metertje of vijf horizontaal en daarna naar beneden gezogen. Dit was de beruchte downcurrent waar je als duiker niet in terecht wil komen. Op veilige afstand wel een spectaculair gezicht. De tijd vloog ook hier weer om en na een uurtje zaten we weer aan boord, omringt door draaikolen vanwege de steeds sterker wordende stroming. Op de terugweg heeft Tis zich een lamme hand geschreven en getekend in zijn duik logboek van al dit moois!!!! Rond een uur of 5 waren we terug in Labuan Bajo. Na een drankje, de tassen gepakt en rustig richting kade gelopen. Hier zijn we door het kleine bootje opgepikt richting Perama boot. We zijn benieuwd of het vanavond ook z’n feest gaat worden als vorige week.
Lonneke heeft ons eerder deze week een sms’je gestuurd dat in Nederland op tv is geweest dat er ‘kleine mensjes’ gevonden zijn in Flores. Hebben wij weinig van gemerkt maar na wat navraag…
De ‘little people’ (zoals ze hier worden genoemd) zijn gevonden in Ruteng, niet al te ver van Labuan Bajo. Ze zijn ongeveer een jaar geleden gevonden, alleen is afgelopen week officieel bevestigd dat het echt mensen zijn. Kleine mensen van een meter hoog, die een ander ras zijn dan wij (niet afkomstig van de homo sapiens sapiens). Deze mensjes hebben ongeveer 18.000 jaar geleden geleefd en de laatste zijn 500 jaar geleden uitgestorven. Aangezien er wapens en eetgerei gevonden is, blijkt het een echt intellectueel ras te zijn en geen apensoort. Heel interessant, zeker voor Tis die hier net een aantal hoofdstukken over gelezen had in “History of the World”, een nieuwe pil van 1300 blz. In de liedjes van mensen op Flores komt nog steeds voor ‘kleine mensjes uit het bos die zo langzaam praten’.
Op de Perama-boot dit keer wat minder mensen, totaal 16 personen; 6 Spanjaarden (3 ervan erg gezellige gasten), 2 Zwitserse, 1 Engelse, 1 Ierse, 1 oudere Amerikaan en 5 Nederlanders (inclusief de honeymooners). Een gezellig zwikkie dus bij elkaar.
En natuurlijk niet te vergeten de Perama crew met als hoofdpersoon Francesco met grote smile. Na een welkomsmaal natuurlijk de Perama-dance, alleen dit keer ging het dak er niet af na de dans… maar zat iedereen lekker rustig verder te kletsen en werd het vroeg slapen. Wel kwam Captain Jaï nog even langs om te kijken of hij toevallig diezelfde Indonesische dans, zoals hij het zelf noemt, ofwel de Perama-dance ook mee kan doen. Natuurlijk kwam ie ook nog even kijken of er niet nog wat leuke nieuwe BonBons aan boord zaten die toevallig in Labuan Bajo bleven. Helaas voor hem zat er maar 1 single Zwitsers meisje aan boord, en die ging met ons weer mee terug.
In tegenstelling tot de heenreis zijn wij de enige die een cabin hebben… de rest slaapt op het dek. Nou… vinden het helemaal prima, dat bedje slaapt toch echt een stuk lekkerder, je hebt ruimte om je tas neer te zetten en ruimte om je om te kleden. Wij zijn helemaal gelukkig met onze shark-room. Overigens is het wel een andere boot dan de heenreis, deze is iets ruimer. En we hebben dit keer een levende kip aan boord… We hebben al gemerkt dat ze in Indonesie geen dierenbescherming hebben. Het arme beest zit helemaal voorop in een soort luikje en z’n twee vriendjes zijn op de heenreis al een koppie kleiner gemaakt. Je kan niet anders zeggen dan dat het eten heel erg vers is.
2 november 2004, Perama boot, Flores - Lombok
Vanochtend vroeg uit de veren… we lagen vannacht in de haven van Labuan Bajo en zijn rond 5 uur ’s ochtends gaan varen. Dit betekent dus dat we nog even konden genieten, om 3 uur, 4 uur, half 5 en 5 uur van het moskee-gejengel. We gaan het missen…!
Weer een prachtige zonsopgang vanaf de boot en rond 8 uur stonden we aan wal op Rinca Island. Hier waren we al geweest, de ochtend van ons manta-snorkel-avontuur, alleen nu gaan we echt het eiland op en een wandeling door de bergen maken van 6 kilometer. Lijkt niet zo veel maar als je bedenkt dat het hier om 8 uur ’s morgens al meer dan 30 graden is kan je je voorstellen dat het een redelijke opgave is. Deze bleek echter wel de moeite waard te zijn…
Mocht je ooit plannen hebben om deze kant op te komen… sla Komodo island dan gewoon over. Rinca is veel mooier en de kans dat je hier aapjes, waterbuffels, herten en natuurlijk komodo dragons ziet is veel groter. Nu hebben we er welgeteld meer dan 15 in het wild gezien, lekker aan het luieren in de zon. Ze lagen voornamelijk rond een plek waar ze een weekje terug een waterbuffel hadden afgeslacht en waren hier aan het uit-buiken. Wat een ongelooflijk griezelige prehistorische beesten zijn dit toch. Ze kunnen erg gevaarlijk zijn, maar daar hebben wij niet erg veel van gemerkt. Zolang je ze maar niet aanraakt kan wel tot een meter dicht bij komen.Dit had ook waarschijnlijk ermee te maken dat ze al tonnetje-rond waren van de delicatesse van vorige week.
Na Rinca nog wat tijd gehad om bij een van de eilanden in het Komodo national park (valt Rinca ook onder) te snorkelen. Helaas voor Nienke werd dit alleen zwemmen en het hoofd zo goed mogelijk boven water houden. Maar de rest kon met de bril en snorkel op nog wat manta’s, black-tip shark, turtles en bumphead parrot fish bewonderen die hier in het water lagen. Gelukkig had ze die allemaal al een keer gezien. Na de lunch tijd om weer verder te varen en deed iedereen z’n siësta om vervolgens aan het eind van de middag bij onze laatste stop nog een lekker duikje en snorkelmomentje te houden in de wateren boven Komodo.
En ja het is eindelijk gelukt… we hebben een vis gevangen en wel een flinke baracuda. Nadat de chef hem even trots heeft geshowd, werd deze grote jongen in kleine stukjes gehakt voor een heerlijke baracuda-soep. Vanavond een extra feestmaal… de kip heeft namelijk ook het loodje gelegd. Dus verse baracuda, verse kip en watermeloen toe. Wat wil je nog meer.
Tis maakte de avond af met een potje schaken tegen Yan, één van de Spanjaarden. Na hem met moeite net te hebben verslagen tijdens een spannende pot zaten we met z’n allen lekker op het dek te kletsen en wat te drinken toen een van ons een dolfijn zag. Licht uit spot aan… een groep dolfijnen sprong naast en voor de boot. Prachtige grijze dolfijnen zie je in het heldere water zwemmen en springen alle kanten op. De avond kan niet meer stuk.
3 november 2004, Peramaboot, Flores - Lombok
Onze laatste dag aan boord. ’s Ochtends stoppen we bij Moyo Island. Een eiland ten noordwesten van Sumbawa. De mensen op dit eiland zijn afkomstig uit Sulawesi, te herkennen aan de bouwstijl van de huizen, op dit grote eiland zijn maar 2 dorpen met totaal 530 mensen. Net als alle andere eilanden in dit gebied is ook Moyo zeer droog, alleen omdat het z’n eigen waterbronnen heeft is hier opmerkelijk veel groen. Wij zijn bij een van de waterbronnen, waterval, heerlijk gaan zwemmen. Geen stilstaand water, dus geen probleem. Heerlijk verfrissend.
In de middag nog tijd voor een snorkeltripje bij een eiland… waar je binnen 5 minuten om heen bent gelopen en helaas was het koraal en de bijbehorende visjes nergens te vinden. Maar goed, mooi uitzicht en goed tijdverdrijf. Verder de tijd maar doden met lezen, siësta en natuurlijk wat potjes schaken. Ondertussen hebben we al met onze Spaanse vrienden afgesproken dat we ze een in Valencia op komen zoeken. En zij ons in het Hollandse. Na een laatste diner tijd om aan wal te gaan. Tot onze vreugde konden we nog even zwaaien naar de boot-crew van de heenreis. Onze rasta-kaptein hadden we bijna niet herkent… had z’n haar afgeschoren. Nu nog 2 uur in de bus, na 5 minuten had een van de Zwitserse dames gevraagd of de beste chauffeur niet zo ongelooflijk hard wilde rijden, thanks! Dat was beter. Die inhaal manoeuvres kennen we nu wel en we willen graag veilig in Mataram aankomen. In Mataram blijken naast onze chago-vriend de Amerikaan wij de enige te zijn die de bus verlaten. Even afscheid nemen en afgesproken met Yan, Oscar en Xavier dat we ze hopelijk nog in Ubud tegen komen voor diner. Wat te drinken gehaald en lekker in onze crapy hotelkamer chillen. Redelijk kapot vallen we vroeg in slaap. Wat wordt je toch moe van niets doen op een boot in combinatie met de blakerende zon en zeeluchten.
Ondanks de vertraging hebben we toch een goede keuze gemaakt met de Perama boot te gaan. Je ontmoet leuke mensen, het eten is erg goed en je ziet nog eens wat van het land. Ook Flores is een absolute aanrader!
4 november 2004, Mataram, Lombok
Vroeg uit de veren… hier zorgde onze vriend de buur-haan wel voor. Vanaf half 6 heeft het gezellige beest om de 2 seconden gekraaid. Vreemd trouwens dat Lombok geheel moslim is en je geen moskee bij het hotel in de buurt hoort. Onderweg van de Peramaboot naar Mataram zijn we wel aardig wat grote moskeeën tegen gekomen. Inmiddels zijn we er achter dat de Ramadan 14 november is afgelopen en 15 en 16 november een groot feest is, iedereen is vrij en bezoekt z’n geboortedorp op (een grote chaos dus!). Wij vertrekken 15 november dus gaan voor de zekerheid de 14e al vast in de buurt van het vliegveld slapen. Weten we tenminste zeker dat we het vliegtuig gaan halen!!
Na een wandeling door Mataram, rondje bank en dokter voor de oorontstekingen veroorzaakt door het plankton rijke water rond Flores. Tijd om de spullen te pakken en met de shuttlebus richting Lembar om Lombok te gaan. Hier nemen we de ferry richting Bali. Tot ons genoegen doen we er dit keer maar 4 uur over om naar de overkant te komen, niet te vroeg juichen… we moeten nog een uur wachten voordat we eindelijk van boord kunnen. Als we eindelijk zijn aangelegd lopen we zo snel mogelijk de ferry af tussen de smerige uitlaatgassen van alle bussen en vrachtwagens, geen feest.
Wel is het in Padangbai feest… alle Balinezen zijn weer prachtig uitgedost voor de speciale ceremonie aan zee. Helaas voor ons moeten we deze voorbij laten gaan. We zijn al te laat om deze bij te wonen. Een korte wandeling naar Made’s guesthouse waar al het personeel verrast en blij is dat we weer terug zijn. Leuk om op deze gastvrije plek terug te komen! Nu nog een poging wagen te internetten… helaas de connectie is zo slecht dat het niet eens lukt om je mail te openen. Morgenochtend is het hopelijk een stuk beter en sneller… dan proberen we het nog eens. Nienke heeft de moed nog niet opgegeven en probeert nog eens bij de wartel collect te bellen naar huis. Helaas, dit gaat echt niet. Wel kan het telefoonnummer van de guesthouse doorgegeven worden. Rond half elf ’s avonds is het nog niet gelukt om gebeld te worden, wel heeft Nienke inmiddels de aardige meneertjes overgehaald om deze telefoon te gebruiken om collect te bellen. En nu lukt het wel, bedankt jongens!! Fijn om even wat bekende stemmen te horen. Wel kreeg ze het verzoek van de beste mannen om asjeblieft tegen niemand te zeggen dat ik collect mocht bellen. Tuurlijk niet!!
Welterusten… lekker slapen morgen een relax-dagje in Padangbai. Even niet reizen, geen boten, bussen of ander vervoer. Lekker morgenmiddag een filmpje kijken, lezen, dagboekjes schrijven en natuurlijk even internetten.
5 november 2004, Padangbai, Bali
Vandaag zijn we precies 2 maanden van huis… tijd vliegt als je lol hebt.
Lekker uitgeslapen, rustig ontbijtje, internetten (lukt eindelijk), beetje loungen in een te hete kamer en vervolgens tijdens de lunch de film ‘the runaway jury’ gekeken (goede film). Wel weer eens lekker om gewoon een filmpje te kijken, de laatste keer dat we dit hebben gedaan was in Lee’s Resthouse in Semporna, Maleisisch Borneo; oftewel een aardig tijdje terug. Naderhand hebben we nog wat kamers gehad met tv in Java bijvoorbeeld, maar verder dan een Indonesische Idols of en te slecht geacteerde soap (zelfs al versta je er geen jota van kan je nog zien dat het van aanzienlijk slecht acteerkwaliteit is). Dus je kan je het zo voorstellen dat het erg lekker is even een ‘engelstallig’ filmpje te bekijken. Verder de hele dag niks… ’s avonds bij een leuk tentje, 50 m van Made’s gegeten met prachtig uitzicht over de baai. Ja, wat wil je nog meer… gewoon niks dus.
6 november 2004, Padangbai, Bali
Met de oren gaat het al een stuk beter, zoals het er nu naar uitziet kan Tis morgen alweer duiken. Voor Nienke zit het er helaas nog niet in, ze wil niet de oortjes dusdanig verpesten dat duiken in Aussie-land en de verdere reis er niet in zit.
Vandaag staan er 2 filmpjes op het programma, we hebben de smaak te pakken. Rond twee uur (na de lunch te hebben gebruikt met een buurtentje) is het tijd voor SWAT. Na de film vroeg Made of we zin hadden om naar hanenvechten te gaan kijken, nou eigenlijk niet maar we zijn toch wat nieuwsgierig. Het is echt om de hoek van de homestay dus als we het niets vinden zijn we zo weer weg. Op een half braakliggend terrein naast een begraafplaats is een stukje afgezet met hekjes. Hier omheen staan tientallen Balinese mannen te roepen, schreeuwen en natuurlijk te gokken. Erg apart tafereel met allerlei rituelen, verder is er geen toerist te bekennen. Welke haan gaat er winnen? Nienke had in eerste instantie niet gezien dat de hanen een mes achter een van hun poten hebben om het proces een beetje te versnellen. Het hanenvechten op zich zelf is een vreselijk dier onwaardig iets. Het leuke voor ons was om te zien hoe passioneel de Balinezen er mee omgaan. Lopen een potje door elkaar heen te schreeuwen en na het gevecht weten ze precies wie op welke haan heeft gegokt en voor hoeveel geld, best knap. Na 3 rondjes houden we het voor gezien. Nienke gaat nog even wat mail checken (lukte vanochtend niet helemaal) en Tis gaat vast regelen dat hij morgen mee kan gaan duiken. Na een half uurtje was Nienke wel klaar, alleen Tis nergens te bekennen. Zat heerlijk te koeterwalen met een stel Aussies bij de duikschool onder het genot van een gin-tonic. Wat extra drankjes gehaald en nog wat goede tips uitgewisseld. Erg gezellig, waren bijna de tijd vergeten dus rond 19.00 uur pelan-pelan terug voor onze Betutu (eend klaargemaakt op Balinese wijze), Urab (groente met kokos) en rijst. Deze Balinese specialiteiten moet je een dag van tevoren bestellen bij Made, vandaar dat we quasi-rap terug moesten. Onder het overheerlijk eten maar weer eens een filmpje gekeken, Troy stond vanavond op het menu. Heerlijk relax naar het beeldscherm staren. Niet dat je het heel erg mist, Tis heel soms een beetje teletekst (al is het meer het spelen met de AB), alleen zo af en toe is het wel lekker. En zo is er al snel weer een heerlijk dag voorbij gevlogen!
7 november 2004, Padangbai, Bali
Vroeg ontbijtje, Tis gaat namelijk vandaag duiken met WaterWorxx, op zoek naar eventueel een frog fish of mola mola’s, oftewel oceanic sunfish. Nienke blijft lekker in Padangbai lezen, filmpjes kijken (voor de verandering) vandaag is het the Hours (beetje erg drama). Bij de duikschool was het een drukke bedoeling. De Skippy groep waar we gisteren mee aan de GT zaten, gaan allemaal mee (incl. de grootste onderwater camera’s die je je voor kan stellen) en nog een Duitse dude. De groep bleek in tweeën gesplitst te worden, waarbij Wolfgang (één van de eigenaars van WaterWorxx) de groep uit Tasmanie mee nam en Tis met de Duitser en lokale divemaster apart ging. We gingen duiken bij Gili Tepikong, een eilandje niet ver van Padangbai. De stroming bleek mee te vallen en we konden op zoek naar de frog-fish. Deze zeldzame beesten zitten namelijk op een bepaald stuk van het rif waar je met te heftige stroming niet kan komen. Eenmaal onder water, bleek de visibility niet al te best te zijn en het water erg warm…. Weinig kans op mola mola’s dus, september-oktober is ook meer het seizoen. Eenmaal onder water bleef de divemaster maar wachten en wachten op de groep van Wolfgang, alsof hij de weg niet wist. Na een tijdje zagen we ze eindelijk en liet Wolgang zijn groep een frog fish zien. Aangezien ze allemaal onderwater camera’s bij zich hadden, twee Aussi’s zaten er zelfs op, duurde het even voordat wij ook dit aparte schepsel konden bewonderen. Dit was ook gelijk het hoogtepunt van de duik want Tis zijn Duitse buddy was door de lucht heen (vanwege het wachten) en helaas moesten we alweer naar boven. Na een surface interval van ruim anderhalf uur was de tweede duik aan de andere kant van hetzelfde eiland met mooi koraal en een mooie swim-through van 18 naar 28 meter, ok duik alleen jammer van de visibility. Aangezien de Duitse vriend alweer rap door zijn lucht was, gaf de divemaster aan dat hij met hem naar bovenging en dat ik moest wachten bij dit stuk. Bon, no problemo, was toch mooi koraal daar en niet zoveel stroming. Echter na 10 minuten was de lokale vriend nog steeds niet terug. Inmiddels kwam Tis ook de twee Australische professionele fotografen tegen en is met hen maar uiteindelijk weer naar de oppervlakte gegaan. Aldaar zat de divemaster rustig een peuk te roken aan boord! Tis heeft hem vervolgens op subtiele wijze verteld wat hij van de gang van zaken vond en was dus niet helemaal gelukkig met het WaterWorxx duik avontuur. Gelukkig weten we allebei goed wat we doen onder water, maar een beginner was waarschijnlijk nog onder water geweest (en gebleven). Volgende keer maar samen met Rigo hier gaan duiken!
Tis kwam rond een uurtje of 3 weer terug van de duiktrip. Na wat relaxen en tijdverdrijf zijn we ‘s avonds bij Puri Rai (de buren) gaan eten en toe een verse mango-juice bij Made.
8 november 2004, Padangbai – Ubud, Bali
Ons laatste ontbijtje bij Made, tas pakken en nog even tijd om een fotootje te maken van de twee kleine monsters, Wulan & Itah. Inmiddels helemaal onze vriendinnetjes. Ze zijn bij bijna alle gasten erg verlegen, bij ons al stukken minder. Komen naast ons zitten, aan je arm plukken, om je been hangen of luidruchtig zingend heen en weer rennen. Maar vanochtend zijn ze een beetje huilerig en wij hebben de remedie voor huilende Indonesische kindjes. Maak een digitale foto van ze en laat het vervolgens gelijk aan ze zien. De tranen verdwijnen als sneeuw voor de zon en ineens zijn ze weer elkaars dikste vriendinnen. Precies op tijd, 10 voor 10 komt de taxi ons halen, mag ook in de krant… we gaan naar Ubud. Even nog wat handjes schudden, handkusjes van onze vriendinnetjes en heftig zwaaien.
Ubud here we come…
Na een uurtje of wat rijden komen we aan in een uiterst relaxed stadje. We worden wel iets wat te snel door onze chauffeur de auto uit gekickd, maar ja een stukje lopen kan ook geen kwaad. De reis te voet brengt ons naar Kajeng Guesthouse. Onderweg komen we een Duitser tegen die later onze buurman blijkt te zijn, aardige vent. Kajeng Guesthouse is een erg rustige, relaxte plek, met ruime schone kamers, westers toilet met spoelbak (erg bijzonder hier in budget accommodaties), zwembad en inclusief ontbijt op de veranda voor de kamer. Wat willen we nog meer! We hebben een prachtig uitzicht en een klein watervalletje naast de kamer. Hier houden we het wel uit de komende dagen. Na wat relaxen besluiten we richting het centrum te lopen en ergens te gaan lunchen.
Ubud stikt van de leuke stylisch eettentjes, de een nog mooier dan de ander, uniek voor Indonesië. De lunch in het Lotus Cafe, met een prachtig uitzicht over Ubud Water Palace met een vijver vol met lotusbloemen en langs de rand waterspuwende demonen, was al gelijk een topper. Wel was de menukaart weer even wennen. Een salade voor omgerekend 3 euro, wat duur!!! Het eten is echt verrukkelijk. Salades met een Italiaans tintje (en echt olijfolie), broodjes (niet zoet) en een echte cappuccino, oftewel zalig! Al snel merken we dat de meeste eettenten hier in Ubud gewoon een heel stuk duurder zijn dan de overige plaatsen in Bali en rest van Indonesië. Waar je elders voor 1,5 euro een uitgebreide verse visschotel krijgt betaal je er hier 6 euro voor. Vergeleken met NL-prijzen natuurlijk nog steeds geen geld en we kunnen mooi alvast een beetje gaan wennen aan de Aussie prijzen.
De rest van de middag wandelen we rond in Ubud, even kijken wat het allemaal voor ons in petto heeft. We kunnen niet anders zeggen dat we hier onze handen op de knip moeten houden. Wat een leuke zaakjes met zoveel moois, kunst, sieraden, kleding, horloges, tassen, noem maar op. Heerlijk deze plek.
Na het bekijken van wat aapjes dicht bij monkey forest, besluiten we te gaan eten bij de 3 monkeys (aanrader van Fred & Clau). Prachtig uitzicht en waanzinnig gestyled, hebben we onder het genot van wat Mojito’s en glaasjes Chardonnay, gesmikkeld van de bruchetta en pasta’s. De dag kan echt niet meer stuk, op en top honeymoonen.
9 november 2004, Ubud, Bali
Ontbijtje op de veranda, beetje zwemmen en zonnen, rond het middaguur besluiten we eerst naar Ketut’s place te lopen om vast te reserveren voor morgenavond. Hier hebben ze 3x per week een Balinees feest. Dit betekent 15 verschillende Balinese gerechten en een uitgebreide uitleg van allerlei Balinese tradities. Helemaal top dus.
Na een uitgebreide rondleiding in Ketut’s place lopen we richting het centrum, we zijn van plan om te gaan lunchen bij Casa Luna. Eerst nog even kijken in een boekwinkel en artshopje met de mooiste hebbedingetjes, ziet Tis in eens Guilaume Stille langslopen samen met z’n kersverse vrouw ook op Honeymoon in Bali… wat toevallig. En wat doe je op vakantie… gezellig met z’n viertjes lunchen in Casa Luna. Ontzettend leuke tent met heel er lekker eten, vergezeld door een schattig (Nienke durft het bijna niet te zeggen) uitziende rat.
Later in de middag rondje postkantoor en verzendhuizen gedaan, willen toch wel weten hoeveel het kost om een vrachtje naar huis te sturen. Helaas voor Mutti, Wippo en Kat… sturen we niets naar huis (40 euro voor 10 kilo… het geld kunnen we beter gebruiken) en stoppen we al onze aanwinsten lekker bij hun in de koffer.
10 november 2004, Ubud, Bali
We beginnen eigenlijk de dag hetzelfde als gisteren, rustig ontbijten, beetje lezen, zwemmen, relaxen. Aangezien Nienke’s oor nog steeds niet helemaal goed aanvoelt en ze toch echt de volgende keer ook wil duiken, besluiten we de dokter in Ubud te gaan bezoeken. Deze beste man spreekt niet alleen erg goed engels maar gebruikt ook normaal dokters apparatuur (Rigo help even… weten niet hoe dat heet), in iedergeval een stuk beter dan een zaklamp zoals de arts in Lombok gebruikte om in onze oren te kijken. De dokter constateerde dat Nienke nog een beginnende middenoorontsteking heeft. Met wat medicijntjes moet dat spoedig verholpen zijn. Helemaal prima!
Op de terugweg gestopt bij Casa Luna voor een koffie met lekkers en een brood om mee te nemen. Het gaat al stukken beter. Na een uurtje internetten, gaan we terug naar Kejang.
’s Avonds om 7 uur worden we bij Ketut’s Place verwacht. We zijn benieuwd…
Als we richting Ketut lopen verbaast het ons wel dat hier zo ongelooflijk veel honden zijn, die in koor met z’n allen beginnen te blaffen en grommen als wij langskomen. Beetje griezelig, zelfs Tis vindt het niet helemaal prettig.
Balinese feast is echt een feast. We krijgen eerst een uitleg over allerlei gebruiken van de balinezen. Nog steeds is het grootste deel van Bali Hindoe. Zo bestaat het huis volgens balinese hindoe gebruiken uit 4 gebouwen en een tempel die allen op bepaalde gepaste afstand van elkaar staan. In het midden gebouwtje (een soort open kamer, alleen een vloer en een dak) staat een bed (standaard), momenteel is dit bed van de 2 weken geleden overleden Auntie van Ketut. Zij is momenteel begraven, op een begraafplaats dichtbij. Elke dag wordt schone kleding en offers bij haar bed gelegd. Balinezen geloven namelijk dat zolang het lichaam begraven is de geest in huis blijft hangen. Eens per 3-4 jaar is een grote crematie (voor mensen die een crematie zelf niet kunnen betalen, wordt een grote gehouden), de laatste crematie was 2 maanden geleden, toen werden er 48 lichamen/resten gecremeerd. Helaas voor Auntie moet ze nu 3 jaar wachten op de volgende crematie, en tot die tijd blijft Ketut en zijn familie elke dag de offers en schone kleding op haar bed leggen.
Het hoofdhuis is de plek waar de kinderen geboren worden en waar moeder en kind moeten blijven wonen totdat het kind 3 mnd oud is en ‘de grond aan kan raken’. Tegenwoordig worden veel kinderen in het ziekenhuis geboren, maar bij thuiskomst verblijven moeder en kind toch eerst 3 mnd in het hoofdhuis en na 3 mnd is een speciale ceremonie, zo ook bij 6 mnd, 9 mnd en een jaar. Voor het hoofdhuis staan aan weerszijde perkjes met pandanplanten. Aan de rechterkant 3 en de linkerkant 1, Ketut heeft 3 dochters en 1 zoon en onder de pandanplanten zijn de nageboorten begraven, voor goed geluk en elke bezoeker kan zien hoeveel kinderen zoons en dochters hij heeft.
Interessant allemaal. De familie zoals nu in Ketut’s place wonen… Ketut’s ouders, Ketut en z’n vrouw, zijn 4 kinderen en z’n zus. Ketut is momenteel het hoofd van de familie al is hij de jongste van de vier, zijn broers zijn al jaren geleden overleden.
Wat naamgevingen betreft is het hier wel makkelijk (zoals we al eerder hebben vermeld), we hebben nu het rijtje eindelijk compleet.
Nr 1 is Wayan, 2 is Made, 3 Nyoman en 4 Ketut. Na nummer vier begin je gewoon weer opnieuw en is het nu een jongen komt er een i voor de naam te staan, is het een meisje ni.
Tijd voor wat eten… 15 heerlijke gerechten zijn er klaargemaakt onder het genot van een glaasje gingerthee en rijstwijn. Met rijstkoekjes en fruit toe. De gerechten smaken echt heerlijk, zijn maar weinig restaurantjes waar we balinese gerechten hebben gegeten en het zo lekker smaakte. Een duits stel vergezelde ons aan tafel, zij verbleven ook bij Ketut en hadden 2 dagen eerder ook de kookcursus gedaan, net zo’n groot feest volgens hun. En ze hadden geleerd hoe ze die lekkere rijstkoekjes moesten maken.
Dit was echt een feest vanavond, Ketut bedankt!
Notitie: 11 november 2004, Ubud, Bali
Laten we het vandaag maar weer eens relaxed aan doen voor de verandering. Lekker zwemmen, lezen, beetje van hetzelfde. Nog wat nagenieten van het heerlijke eten van gisteravond. Vanmiddag gaan we een andere Balinese specialiteit uitproberen, babi guling. In Ubud vlak bij het Ubud palace zit een klein maar erg bekend tentje (Bu Oka) dat maar 1 gerecht verkoopt. Je gaat zitten aan kleine Japanse tafeltjes (been-origami), zegt wat je wilt drinken en hoeveel porties je wilt hebben. Niet lang daarna kregen we ieder een mandje met rijst, beetje spicy groente en verschillende stukjes varkensvlees. Als je ooit in Ubud komt, Ketut’s Place is een aanrader maar Bu Oka ook. Ze zijn alleen overdag open, echt een heerlijke lunch. Afrekenen ging ietwat raar… we moesten voor 2 gerechten en 4 drankjes 35.000 Rp betalen (3,50 euro) waarvan 5.000 Rp in de zak van de dames werd gestopt en de rest de kassa in ging. Emancipatie, helemaal goed.
Vanmiddag na wat shoppen rond 15.00 uur naar casa Dieterich gebeld, even wat stemmen horen. Dit keer troffen we het, zowel Lon, Gijs als Magda waren thuis. Ubud is ook de eerste plek in Indonesië waar we special public telefoons vinden die eigenlijk alleen maar gebruikt kunnen worden om collect mee te bellen. Helemaal top om het thuisfront weer te spreken!
We besluiten de rest van de middag verder te gaan relaxen aan het zwembad en het beetje zon dat er is. Je merkt hier goed dat het regenseizoen begonnen is, elke middag, avond en nacht vallen er wel een aantal druppels tot soms giga regenbuien.
12 november 2004, Ubud, Bali
Ons dagritueel begint weer met een ontbijtje op de veranda. Rond een uurtje 12 gaan we lunchen bij de warung bij ons om de hoek. Na de lunch wandelen we rustig monkey forest road af richting monkey forest. Vandaag is hier een ceremonie in de tempels, wellicht zien we Made (uit Padangbai) nog, hij was van plan hiernaartoe te gaan.
Wat banaantjes gekocht voor de aapjes en ja we zijn nog geen meter in het bos gewandeld of de eerste aapjes zijn al inzicht. Een grote jongen komt snel naar ons toe gelopen op naast ons op een pilaar te gaan zitten plassen en poepen… en bedankt.
Voor Tis de gelegenheid om van dichtbij kiekjes te nemen, alleen vond onze vriend dit niet zo’n goed plan. Met grote slagtanden en een dreigende houding om Tis te bespringen, stapt Tis snel achteruit… De aap springt nog net niet maar volgt hem wel naar beneden. Dat was de eerste aap-ervaring voor vandaag.
Beneden aan de trap ligt een riviertje en mooi klein tempeltje en overal aapjes, klein en groot. Deze mormels zijn behoorlijk bijdehand, voordat je het weet springt er een in je nek of haalt de banaantjes uit je zak. Naast toeristen pesten hebben en met elkaar spelen hebben ze ook nog een andere bezigheid… De mannetjes tillen de staarten van de vrouwtjes op, ruiken even en hop, even een vluggertje. Het maakt helemaal niet uit dat er 20 toeristen met camera’s omheen staan.
Na 1 memorystick en een foto-rolletje vol te hebben geschoten lopen we richting de ander tempel. De ceremonie in de tempel is hier nog niet begonnen, wel de ‘ceremonial cockfight’. Deze hanengevechten zijn speciaal voor de ceremonie en hier wordt volgens de Balinezen niet of maar een beetje gewed, sure… Nadat Nienke bijna wordt afgezet door een dametje wat water verkoopt vinden we het genoeg geweest, de kleine tempel met al die aapjes was veel leuker. Op de terugweg bedacht Tis even te gaan zitten en een aapje een banaantje te geven. Deze kleine vriend ging gelijk in z’n nek zitten, hopelijk zijn de foto’s gelukt!
Tegen schemer hadden we genoeg kleine plagen gezien en gingen aan de wandel terug naar Monkey forest road. Voor het diner van vanavond hebben we gekozen voor een heel klein tentje bijna naast onze homestay. Een klein stijlvol restaurantje met 5 tafeltjes, heerlijk Balinees eten en relaxte jazz-muziek op de achtergrond. Ook mensen van dit tentje zijn bijzonder aardig. Wat een goede keuze om een leuke dag als vandaag af te sluiten, mocht je ooit van plan zijn naar Ubud te gaan… ga dan ook bij Sari Warung langs.
13 november 2004, Ubud, Bali
Lang zal hij leven, … hiep hiep hoera…29x speciaal voor Wippo. Niet alleen Tis z’n broer is jarig… maar Nienke heeft nu ook officieel een oudere broer, altijd al gewild.
Brutti gefeliciteerd, maar er een mooie dag van vandaag! Dikke kus van ons.
Vandaag is onze laatste dag in Ubud. Dus dat wordt extra relaxen… Nienke gaat voor de voetmassage (moet je ook in Indonesië uitgeprobeerd hebben) en de cream bath (traditioneel Indonesische haarbehandeling/massage van hoofd, nek, schouders en armen). Tis daarentegen had nog nooit een andere massage dan dat op de rugby zijn nek en schouder losgetrokken werden… dus voor het eerst een Balinese massage inclusief scrub en bloembad, wat wil je nogmeer. Na 3x bijna in slaap gevallen te zijn liepen we beide met knikknietjes van de ontspannenheid de deur uit.
De rest van de middag hebben we besteed aan het maken van fotootjes van de mooie winkels en interessante objectjes. We kregen bij een van de resorts nog een rondleiding. Zo’n schitterend resort hadden we beide nog nooit gezien, Komaneko resort en spa.
Kamers met privé zwembad en uitzicht over de sawah’s, prachtige hemelbedden en nog mooiere badkamers. Om nog maar niet te spreken van de spa en het grote zwembad. Je betaalt hier dan ook wel 250 dollar per nacht, maar dan heb je ook wel wat. We hebben in ieder geval genoeg inspiratie op gedaan voor eventuele toekomstige optrekjes.
’s Middags nog een baantje gezwommen in het zwembad van de homestay. Wij waren niet de enige met dit plan. De buurdames een stel uit Duitsland en een ander Nederlands stel hadden hetzelfde plan. Het Nederlandse stel bleek toevallig een huisgenoot van Sander van der Loos en een oud klasgenootje van Kat te zijn. De wereld is weer eens klein.
De dag sluiten we geheel in stijl af met een top dineetje bij Lotus Cafe, met uitzicht over een verlichte lotusvijver en tempel. Tijdens het diner kunnen we genieten van de Legong dance onder leiding van een gamelan orkest voor de tempel. Helaas voor ons begint het na nog geen 40 minuten keihard te regenen en wordt de voorstelling verplaatst naar een naastgelegen overdekte lokatie, uit ons zicht… Na het eten nog een laatste drankje bij ons Jazz-tentje gedronken en terug om de tassen te pakken.
14 november 2004, Ubud – Kuta, Bali
Hoogste tijd om te vertrekken. Rond half 10 worden we door een shuttle busje opgehaald vlak bij onze homestay om vervolgens richting Kuta Airport te gaan. We moeten onze vlucht bevestigen en vanwege het einde van de ramadan zijn alle kantoren gesloten, hetgeen bellen onmogelijk maakt, handig!
Op het vliegveld hebben we gelijk ons verblijf voor vannacht besproken en een taxi geregeld naar het hotel. Twijfel, twijfel gaan we lopen of nemen we een taxi. Je weet dat je te veel betaalt voor een taxi op het vliegveld, maar toch. In de hitte 4 km met flink wat kilo’s op je rug is ook geen feest, toch maar een taxi. Het hotel is ok, airco en een bed, daar is alles mee gezegd. Tassen weg kwakken en Kuta verkennen. Het eerste wat gelijk opvalt is dat het hier ongelooflijk druk is. Wat een gekte veroorzaakt door de Ramadan festiviteiten. Ubud en alle andere plekjes op dit eiland zijn toch stukken beter. Wat blijkt een grote groep toeristen (Indonesiërs) is vandaag gearriveerd vanuit Java, hierdoor zijn bijna alle accommodaties vol en is het een chaos op de weg. Onbegrijpelijk dat de taxi chauffeurs nog steeds aan je vragen of je vervoer nodig hebt als alle straten in Kuta vast staan. Macht der gewoonte… Het is leuk om Kuta te zien voor een middag/avond. Het heeft veel weg van de Spaanse kust steden. Reden te meer om snel te vertrekken. Om de dag, helemaal voor Tis, goed af te sluiten kijken we tijdens eten de rugby wedstrijd Italië – Nieuw Zeeland, de All Blacks makken echt gehakt van de Italianen.
15 november 2004, Kuta, Bali
Pelan pelan is het thema van de laatste ochtend in Indonesische stijl. Lekker uitslapen , tassen pakken, ontbijten en rond half 11 een taxi pakken richting het vliegveld. Hier aangekomen ziet het er naar uit dat het vliegtuig richting Singapore behoorlijk vol zit. Onze tassen moeten voor de transit direct doorgeboekt worden richting Brisbane, alleen hebben we hier al ons visum voor Australië voor nodig… en die hebben we nog niet. We waren van plan deze tijdens onze transit in Singapore te cheffen via het net, volgens de dame van Singapore airlines wordt dat een lastig verhaal… dus wil zij het wel voor ons regelen… gratissss! Handig, scheelt ons toch al ruim 60 aussie dollars. Daarnaast heeft ze al gelijk extra beenruimte plaatsen voor ons geregeld, helemaal top.
De reis naar Singapore verloopt vrij voorspoedig. Dit keer kunnen we wel filmpjes en series kijken, en wederom weer een heerlijke maaltijd (met metaal bestek).
Op het vliegveld van Singapore hebben we om precies te zijn 5 uur en 3 kwartier, maar met alle internet en entertainment mogelijkheden op dit vliegveld (je kan zelfs even gaan fitnessen als je dat wilt) vliegen die uren hier zo voorbij. Rond negen uur lopen we richting de gate en kunnen zo doorlopen het vliegtuig in, niets meer aan doen. We laten Azië achter ons…..
Ook deze vlucht zit redelijk vol, gelukkig niet helemaal waardoor we nog een derde stoel tot onze beschikking hebben. Tis had al extra beenruimte, nu Nienke ook met deze extra stoel. Weer filmpjes kijken, nog een en nog een… tukken wil namelijk toch niet lukken.
|
|
|
|
|